Mijn Trots – Renzo Teerink

« Terug naar Mijn Trots
Renzo Teerink (52) is op motorgebied een beetje een laatbloeier. En gezien de motoren van zijn broers is hij met zijn Harley-Davidson Street Glide ook een beetje de vreemde eend van de familie. Maar dat maakt hem niks uit, zo is hij nu eenmaal. En met diezelfde nuchtere blik kijkt hij ook naar zijn Harley, vertelt hij met Achterhoekse tongval: “Ak ’t mooi vind, vind ik ’t mooi!

“Ik heb eigenlijk nog niet zo heel lang mijn motorrijbewijs, vanaf mijn 45e ongeveer. Vroeger heb ik wel een brommertje gehad en bovendien is mijn familie altijd wel ‘motorminded’ geweest. Mijn broers hebben bijvoorbeeld een KTM RC8 en een MV Agusta, beide sportieve rijders kortom. Zelf had ik ook wel eerder willen beginnen met motorrijden, maar mijn vrouw heeft het eigenlijk altijd tegengehouden, omdat ik vroeger weleens crashes heb gehad en ze niet wilde hebben dat ik op zo’n snelle Japanner ging zitten. Tot ik een jaar of zeven á acht geleden voor mezelf ging beginnen. Ik kreeg wat meer tijd en dat was het moment dat ik besloot toch mijn motorrijbewijs te halen. De eerste anderhalf jaar was ik nog behoorlijk druk met werk en mijn huis, maar daarna kocht ik mijn eerste motor. Daarvoor was ik al eens met een maat meegegaan op een trip met de motorclub, reed ik op zijn Shadow en hij op z’n oude CB500 uit de jaren 80. Die Shadow beviel eigenlijk best goed, en omdat ik enigszins uit zelfbescherming een snelle jongen niet zag zitten, werd het een Yamaha Wildstar, zo’n 1600. Deze was helemaal verbouwd, met open pijpen enzo. In het begin was dat nog wel leuk, maar soms kwam ik met pijn in de kop van dat ding af. Dat hoeft van mij nu ook niet meer. Wat dat betreft ben ik nu wat rustiger geworden, zal de leeftijd wel zijn. Na twee jaar besloot ik wat anders te kopen. Ik vond eerst een Moto Guzzi California ook wel mooi, maar dat was net iets boven m’n budget. Van de jongens met wie ik veel omging, hadden er een aantal een Harley-Davidson, en dan weet je ’t wel, dan maak je mekaar een beetje de kop gek. En dus ging ik op zoek naar een nette en Nederlandse Harley, niet zo’n ingevoerd ding uit Amerika. Verder moest ‘ie betrouwbaar zijn, ik moet de sleutel omdraaien en dan moet dat ding gewoon lopen, en omdat ik zelf nogal groot ben, moest het een wat groter model zijn. Anders lijkt het net alsof ik op een minibike zit. Via via kwam ik toen uit bij deze Street Glide. Ik zag ‘m staan, heb even een rondje gereden en was verkocht. Ondanks het gewicht stuurde hij beter dan de Wildstar en lag hij gevoelsmatig wat beter in de bochten. Er zaten al verschillende accessoires op, hij was matzwart en voorzien van veel chroom. Maar zwart heeft iedereen al, en bovendien hou ik niet van poetsen. Mijn idee was daarom om een aantal onderdelen zwart te maken, waaronder het blok, de kleppendeksels, uitlaten, voorvork en nog wat zaken. Later wilde ik dan de rest van de motor laten overspuiten. Omdat de motor al helemaal uit elkaar lag, opperde de spuiter het idee om dat dan maar meteen te doen. En dat is gebeurd. Op internet vond ik de Harley-kleur ‘Gunship Gray’, en dat werd het uitgangspunt. De originele lak was naar mijn mening alleen nog wat te licht, in overleg met de spuiter is deze iets donkerder gemaakt, dat vond ik iets warmer. Uiteindelijk was ‘ie in maart, april vorig jaar zo’n beetje klaar. In coronatijd dus, en achteraf ben ik blij met de timing. Had ik vooraf geweten wat er zou komen, dan had ik het waarschijnlijk uitgesteld. Het was in het begin toch allemaal wat onzeker qua werk, maar achteraf viel dat gelukkig erg mee. Hij is nu nagenoeg helemaal perfect, er zijn alleen nog een paar kleine dingetjes die ik zou willen veranderen. Een ander zadel bijvoorbeeld, die iets mooier aansluit op het spatbord. Nu stopt ‘ie zo abrupt. En misschien zou ik ‘m dan meteen opnieuw laten bekleden. Maar verder is hij wat mij betreft perfect. Hoewel, hij is wel wat aan de grote kant, je pakt ‘m niet zomaar even voor een ritje. Wat dat betreft zou ik er nog wel een mooie offroad bij willen hebben, een oude Honda XR600 of zo. Zo’n handzaam ding dat je zo even uit de schuur haalt, en waar je ook niet zo zuinig mee hoeft te zijn. Om gewoon een beetje mee rond te crossen. Maar die Harley gaat niet meer weg, dat wordt dan een erfstuk voor mijn zoon.”