Sleuteltip: xenon verlichting
Goed licht en goed zicht zijn erg belangrijk in het verkeer. Zeker voor een motorrijder is zien en gezien worden zelfs van levensbelang! Toch lijken koplampen zelfs anno 2007 een sluitpost in de begroting te zijn. We kijken hoe je de lichtopbrengst zou kunnen verbeteren, onder meer door de montage van een xenon-lamp.Vergeleken met veertig jaar geleden mogen we eigenlijk niet klagen. Toen zorgden twijfelachtige 6-volts-systemen voor een gloeiende spijker als verlichting. De intrede van de 12-volts-stroomkring was een hele stap voorwaarts en toen daar later de halogeenlampen bijkwamen, dachten we lange tijd dat er niets meer te wensen was. Maar de techniek staat niet stil, ook de verlichtingstechniek niet. En waar de verlichting van auto’s en vrachtwagens steeds beter en feller wordt, moet je op de motor niet achterblijven, wil je gezien blijven worden in het verkeer.
Oplossingen voor meer licht uit een koplamp zijn bijvoorbeeld het monteren van een halogeenlamp met meer vermogen of het installeren van extra lichtbronnen. Nadelen van deze opties zijn echter een verhoogd stroomverbruik en verder wordt het uiterlijk van een (sport)motor er doorgaans niet beter op door extra lampen op bevestigingsbeugels.
Een heel andere oplossing – wellicht betere – oplossing is de vervanging van het standaard halogeenlicht door xenonlicht. Die levert immers veel meer licht bij een lager opgenomen vermogen, dubbel voordeel dus! Alleen daarom al lijkt de xenonlamp ideaal voor een motorfiets, maar het is geen kwestie van alleen even een lampje wisselen. Er moet wat extra apparatuur op de motor gebouwd worden en bovendien moet de koplamphoogte erg goed worden afgesteld, aangezien xenonlicht verblindend kan werken als het te hoog staat. Bovendien kost xenon-verlichting veel meer dan een H4-lampje. MotoPlus keek wat er op de markt aangeboden worden en of de montage zelf te doen is.
Voor we verder op de praktijk ingaan, eerst nog even wat theorie: wat is precies het verschil tussen halogeen- en xenonlicht? Een halogeenlamp is een lamp met gloeidraad in een glazen buisje, gevuld met argon-, krypton of xenongas en een beetje halogeengas (broom of jodium). Het halogeengas zorgt ervoor dat de deeltjes van de gloeidraad, die bij het branden van de lamp verdampen, daar ook weer op terugkomen. Daardoor gaat de gloeidraad minder snel zwakke plekken vertonen en brandt hij niet snel door. Dit maakt een hoger vermogen mogelijk met meer en witter licht dan de normale gloeilamp. De lamp wordt zeer heet en het glas is zogenaamd kwartsglas. Dat mag, ook als de lamp uit staat of bij het wisselen, niet met vingers aangeraakt worden. Dan kan namelijk (huid)vet van de vingers in de lamp branden als die wordt aangezet.
Een gebruikelijk vermogen voor de halogeenlamp in de koplamp van de motor is 55 watt (W) bij 12 volt (V) met een lichtopbrengst van 1.000 lumen (18 lumen per W; ruwweg de lichtbundel van 18 kaarsen op 1 meter afstand). De kleurtemperatuur – een indicatie voor de kleur van het licht – van halogeenlicht is rond 3200 kelvin (K), daglicht is rond 5500 K. daarom is daglicht dus nog witter dan het gelige halogeenlicht.
Een xenonlamp heeft geen gloeidraad. We praten hier dus over een gasontladingslamp of HID-lamp (high intensity discharge). Een heel bekende gasontladingslamp is de TL-balk.
Door het ontbreken van de gloeidraad is de lamp beter bestand tegen schokken en is de levensduur ook langer (men claimt vijf keer zo lang), dan die van een halogeenlamp. De lichtbron van een xenonlamp is een glazen bolletje, gevuld met onder andere xenongas, met aan de polen van het bolletje twee elektrodes. Als die elektrodes even aangesloten worden op een zeer hoog voltage (20.000 tot 25.000 volt!), dan gaat er een elektronenstroom lopen tussen de elektrodes en daardoor licht het xenongas zeer fel op. Als de xenonlamp eenmaal brandt, is een veel minder hoog voltage nodig, namelijk 85 volt om hem te laten branden.
Net zoals bij TL-licht is er dus voorschakelapparatuur nodig, die zorgt voor hogere spanning bij het opstarten (zo’n ding heet bij een TL-lamp niet voor niets ‘starter’). Dat voorschakelapparaat maakt van de reguliere 12 volt boordspanning heel even een hoge opstartspanning en regelt die opstartspanning snel daarna terug naar de 85 volt werkspanning. Bij het aanzetten van de xenonlamp gebruikt die dan ook enkele seconden ongeveer 15 ampère (A) bij 12 V en dat is dus meer dan de halogeenlamp (55 W bij 12 V betekent dat die ongeveer 4,6 A stroom nodig heeft). Na dat opstarten is de stroomsterkte bij xenon echter duidelijk lager dan die van de halogeenlamp. Het duurt ook een paar seconden voordat de xenonlamp volop brand en de uiteindelijke lichtkleur heeft, maar in de praktijk is dat niet storend.
De xenonlamp produceert 3000 lumen bij een verbruik van 35 watt: dus 86 lumen per watt, ofte wel veel meer licht bij minder verbruikte energie. Een additioneel voordeel is dat het licht witter is dan dat van een halogeenlamp, meestal 6.500 K (wit-blauw), maar kleurtemperaturen van 4.100 (wit) tot 10.000 K (blauw-paars) zijn mogelijk. Menselijke ogen zijn gevoeliger voor dit wittere licht dan voor het meer gelige halogeenlicht. Met andere woorden: bij dit licht is daardoor alleen al het zicht beter.
Er zijn xenonlampen leverbaar voor verschillende koplampsystemen, zoals H7 en H4. Als voorbeeld gebruiken we hier een H4-systeem. Een H4-lamp bevat altijd twee gloeidraden: één voor dimlicht met gedeeltelijke afscherming door een kapje en één voor groot licht zonder afscherming.
Omdat de ene lamp voor zowel groot als dimlicht moet kunnen werken werd de oplossing eerst gezocht in een xenonlamp met dubbele inwendige buisjes. Maar daarvoor zijn dus ook dubbele voorschakelapparaten nodig (wat erg duur is). Daarom zijn er nu after-market xenonsystemen op de markt die werken met een enkel xenonbuisje, waarbij dit buisje door een servomotortje verschoven wordt bij overschakelen van dimlicht naar groot licht en omgekeerd. Bij dimlicht wordt de lichtbundel dan door een kapje half afgeschermd en bij groot licht niet. Nadeel hiervan is weer dat de Xenon-lamp aan de achterkant een verlenging heeft waar het servomotortje is ondergebracht. De lamp steekt dus naar achteren een eind uit de reflector en daarvoor is lang niet op elke motorfiets plaats!
Het allersimpelst indeze is het gebruik van een lamp met enkel xenondimlicht. Dit is minder raar dan op het eerste gezicht lijkt, want xenondimlicht met zijn strooistraling van licht is al zo fel dat er minder noodzaak is voor groot licht. En hoe vaak rij je in het dichtbevolkte Nederland eigenlijk nog met groot licht?
De keuze voor een bepaald xenonsysteem wordt dus vooral bepaald door de mogelijkheden en vooral onmogelijkheden (lees: te weinig ruimte) voor de opbouw op je eigen motor. Daarbij dien je ook nog te realiseren dat de draden van een xenonsysteem niet zomaar verlengd mogen worden vanwege het hoge voltage en de forse stroomsterkte bij het aanzetten van het licht. Daarom moet de voorschakel-apparatuur dus eigenlijk ook in de buurt van de koplamp komen te zitten.
Tot slot nog even ter verduidelijking: er bestaan ook halogeenlampen met het gas xenon en een blauw gecoat kwartsglas, zodat het licht ook blauwer wordt. Maar dit zijn dus geen xenon-HID-lampen!
In principe is xenon-verlichting best zelf op de motor te bouwen. In feite sluit je de voorschakelunit (de ballast/ontstekingsunit) tussen de koplampunit en de standaard koplampbedrading aan. Dit is dus eigenlijk niet zo ingewikkeld. Het lastige is het onderbrengen van het complete xenonsysteem en het aansluiten van de universele kit op een specifieke motor, waarbij de verbindingen natuurlijk goed moeten zijn. De bedrading van de kits zijn doorgaans kort, is er dus plaats voor de hele kit bij de koplamp? En is er plek voor het eventueel naar achteren uitstekende deel van de xenonlamp?
Bij onze speurtocht langs motorzaken en internet zijn we op drie verschillende xenon-systemen gestuit: een systeem van Van Harten in Amersfoort, een systeem van MotoPort en een ombouwkit van Carlight. Er zijn nog veel uiteraard meer systemen, maar die lijken min of meer op deze kits; het gaat ons om even wat inzicht te krijgen in afmetingen en prijzen.
Van Harten biedt de Target-kit aan. De voorschakelunit is 7 cm lang, 6,5 cm breed en met bevestigingsbeugel 3,5 cm dik. Voor H4 met alleen dimlicht (4.100 K), kost het systeem 325 euro.
MotoPort biedt onder meer het systeem van WellDone aan: een afgedekt xenonlicht voor dimlicht (8000 K) en een apart halogeenlampje voor groot licht in één unit geïntegreerd. De ballast/ontstekingsunit is de meest forse van de drie hier beschreven kits: met aansluitstekker ongeveer 11 cm lang, 7,9 cm breed en 3 cm dik, maar daar staat tegenover dat het verreweg de goedkoopste conversiekit is van de drie: 119 euro.
Bij Carlight kan gekozen worden voor een systeem specifiek voor de motor met een enkel xenonbolletje met servomotortje voor groot licht en dimlicht of voor een systeem met alleen dimlicht. Dit laatste systeem kost 224 euro; het andere systeem kost 25 euro meer. De kleur is 6500 K. De ballast/ontstekingsunit is de kleinste van de beschreven kits: 7,6 cm lang, 6,6 cm breed en 1,6 cm dik, maar de ferrietkraal (een verdikking in de draad, die voor ontstoring zorgt) is nogal fors. Deze kit kan online besteld worden via www.carlight.nl.
Verder zoeken op internet kan trouwens lonend zijn; zo biedt de onlinewinkel van Tunex systemen aan voor de auto met 2 halogeenunits voor 155 euro: kun je meteen een motorvriend blij maken met een xenon-systeem. Het is echter heel moeilijk via internet te bepalen of een unit wel past op een specifieke motor. Bovendien zijn de meeste systemen ontworpen voor montage onder een droge auto-motorkap; op de motor moet de het geheel natuurlijk 100% waterdicht zijn. Een additionele vraag is of een xenonkit dus ook op de motor op een droge plek gemonteerd kan worden of anders voldoende waterdicht is.
Het veiligst is het dus om je motordealer xenon te laten inbouwen, ook gezien de ‘waterdichte garantie’, al is het met een beetje technisch inzicht en zorgvuldig inkopen ook wel eigenhandig te doen. Zo hebben wij ervaren met de inbouw van een Carlightsysteem met alleen H4 dimlicht op in een BMW F650. Het idee achter deze keuze was dat de F650 is uitgerust met twee extra accessoire-verstralers, die in de toekomst eventueel via een relais aangesloten gaan worden op de groot-licht-knop, zodat het groot licht dan dus zou gaan bestaan uit twee halogeenlampen van 50 watt en een xenon-lamp voor dimlicht. De kit werd na de bestelling op internet keurig snel thuisbezorgd, waarbij wel meteen opviel dat er geen enkele montagehandleiding bij zat, al is deze wel op de website te bekijken.
De montage is in principe eenvoudig: de ballast/ontstekingsunit dient in het elektrisch circuit tussen de (met lichtschakelaar bediende) bron van 12 volt en de xenonlamp gemonteerd te worden. De koplampunit werd eerst geheel gedemonteerd om een goede plek te vinden voor de ballast/ontstekingsunit met de forse ferrietkraal. Het geheel paste mooi onderin de koplampunit. De ballast/ontstekingsunit werd daar bevestigd met een meegeleverde, dubbelzijdige plakker. De ferrietkraal werd met 2 kabelbandjes bevestigd.
Hierna werd de xenonlamp zonder al te veel problemen in de koplamp gemonteerd. De oorspronkelijke stekker die normaal gesproken achterop de halogeenlamp moet worden gedrukt, werd vervangen door 3 aparte connectoren. Eén daarvan is de aarde (12 V minpool), één is voor dimlicht en één voor groot licht (beiden 12 V plus). Op de stekkers van aarde en dimlicht werd de bedrading van de xenonunit aangesloten. De derde stekker (van groot licht) blijft normaal gesproken ongebruikt.
Voor de montage van de koplampunit even proberen of het xenonlicht inderdaad doet, waarna de unit weer op de F650 geschroefd kon worden. Tot slot heb ik de originele zekering van het dimlicht (15 ampère) vervangen door eentje van 20 ampère. Bij het opstarten trekt de xenonlamp namelijk heel even 15 ampère en dat kan dus net teveel zijn voor de 15A-zekering en om niet een keer onverwacht zonder licht te komen te zitten bij het wegrijden, werd hier dus iets marge ingebouwd.
De hamvraag is natuurlijk: is deze dure ombouw de moeite waard? En eigenlijk kunnen we daar alleen volmondig ja op zeggen. De F650 heeft nu – zelfs met ‘dimlicht’ al een enorme bak licht, geweldig! Ook de strooistraling van het licht is goed en behoorlijk fel. Mede door de helwitte kleur lichten reflecterende verkeersborden ’s avonds en ’s nachts veel sterker op. Ook heb ik het idee dat ik nu veel beter zichtbaar ben in het verkeer. Het afstellen van de hoogte van de lamp is wel iets kritischer. Omdat je zoveel mogelijk wilt profiteren van het xenon-dimlicht, probeer je het zo hoog mogelijk te zetten, zonder anderen te hinderen. Toch wordt er in het donker nog wel eens geseind, maar de keerzijde is dat de zichtbaarheid in het verkeer overdag ook erg goed is. En als motorrijder draait het nu eenmaal om zien en gezien worden in het verkeer!
[[bildunterschrifte]]
[aufmacher]
Een xenonlamp in volle glorie. Net als bij een TL-buis ontbreekt de gloeidraad; de lamp gaat branden doordat het xenongas oplicht nadat er een hele hoge startspanning (20.000 tot 25.000 volt) op is gezet. Als de xenonlamp eenmaal brandt, is er nog steeds 85 volt nodig om hem te laten branden.
[1]
Een vergelijking tussen de gebruikelijke H4-lamp (links) en de xenonlamp. De H4 heeft twee gloeidraden, eentje voor groot licht en eentje voor dimlicht. De xenonlampen zijn meestal alleen voor dimlicht, of werken met een verschuifbaar dim-kapje, dat door een klein elektromotortje wordt verschoven.
[complete set]
De complete set van Carlight, met bovenaan de voorschakelunit. Links ter vergelijking de gewone H4-lamp.
[complete set welldone]
MotoPort biedt de Welldone-xenonset aan. Deze heeft een ingebouwd halogeenlampje voor groot licht.
[abmessungen]
De afmetingen van de voorschakelunit en de lamp (hoeveel steekt er uit de reflector?) zijn samen met de waterdichtheid erg belangrijk voor montage op de motor.
[andere voorschakelunit 1+2]
De voorschakelunits zijn in vele soorten en maten verkrijgbaar. Kijk dus eerst goed wat je kwijt kunt op de motor.
[montage 1]
Op de F650 pasten de voorschakelunit en de grote ferrietkraal onder de reflector.
[montage 2]
De nieuwe bedrading wordt aangesloten op de oude lamp-stekker.
[na montage]
Vanaf het stuur is het hele xenonsysteem niet meer te zien na de montage.
[na montage 2 of 3]
Het licht van de xenonlamp is beduidend witter en feller.
[sicherung]
Voor de zekerheid werd de 15A-zekering vervangend oor een 20A-exemplaar.
[vergleich (so gross wie möglich am ende)]
De vergelijking van dimlicht van het gelige halogeenlicht met het witte xenonlicht bij dimlicht. Het xenonlicht is feller, je ziet alles scherper en de spreiding is beter.
Plaats hier uw tekst