+ Plus

Bandentest (2) – sportbanden

Het is nog winter, maar we zitten in het uiterste zuiden van Frankrijk, waar de temperaturen het toestaan om onze noodgedwongen lang uitgestelde bandentest eindelijk uit te voeren. Hoe danst een YZF-R1 het best over de openbare weg en het circuit, droog en nat? Zes actuele sportbanden moeten in deze test laten zien wat ze kunnen. Deel 2 van de 2021-bandentest!

Vanwege de uitbraak van het coronavirus moest ook onze geplande 2020-sportbandentest worden uitgesteld. Maar het voordeel is dat we door de gewijzigde planning nu onze 2021-bandentest duidelijk eerder dan anders kunnen presenteren. Normaal gesproken publiceerden we de bandentestserie ergens rond juni. Niet zelden kregen we de wens te horen om dit niet onbelangrijke stuk consumenteninformatie voor het ultieme bochtenplezier wat eerder in het jaar in het blad te zetten. Liefst al rond de start van het seizoen. Wel, in die zin hebben we van de nood dus een deugd gemaakt.

In het vorige nummer plaatsten we al de toerbandentest, nu zijn de sportbanden van de zes grote merken aan de beurt. In de folders c.q. websites van Bridgestone, Continental, Dunlop, Metzeler, Michelin en Pirelli worden deze banden graag aangeduid met predicaten als supersport of zelfs hypersport. Bij de meeste fabrikanten heb je keus uit meerdere types, variërend van straatgeöriënteerd tot sterk circuitgericht. We hebben de focus in deze test gelegd op allroundkwaliteiten. De drie testonderdelen – straat, circuit en de natte test – tellen daarom allen even zwaar mee. De totaaluitslag wordt dus voor tweederde bepaald door de meer dagelijkse praktijkeigenschappen. Met deze boodschap lieten we de bovengenoemde fabrikanten vrij om hun bandentype naar keuze voor deze test in te sturen.
De Bridgestone S22 kennen we al uit de 2019-test en treedt als testwinnaar van destijds nu aan als titelverdediger. Conti stuurt de SportAttack 4 voor het eerst in de ring, als opvolger van de 3. We zijn benieuwd of de 4 net zo’n wendbaar sturende band is als zijn voorganger. De in 2018 gelanceerde Sportsmart TT van Dunlop is een interessant ‘hybridemodel’: hij is sterk gericht op circuitdagen, dus hoe functioneert dat op straat en in de regen? We zullen zien! Terwijl met de ook uit 2018 stammende Pirelli Diablo Rosso Corsa II een bekend gezicht wederom in de testopstelling staat en van zustermerk Metzeler uit hetzelfde concern de vorig jaar gepresenteerde Sportec M9RR voor het eerst in onze vergelijkingstest acteert, als opvolger van de uit 2015 stammende M7RR. Kan de M9RR de goede allroundeigenschappen van de ‘7’ verder uitbouwen? En tot slot is er de nieuwe Michelin Power 5. Na de meer circuitgerichte Power RS en RS+ wil Michelin met de ‘5’ nu weer aanknopen bij ‘oude’ Power-deugden, dus sterke straat- en regeneigenschappen. Het belooft dus een boeiende vergelijkingstest te worden!

 

KLAAR VOOR JE FAVORIETE STRAATROUTE?
Je zou kunnen denken dat het straatonderdeel een kwestie van rustig opwarmen is voordat het serieus wordt, maar zo simpel ligt het niet. De openbare weg heeft zo zijn eigen bijzonderheden en moeilijkheden. Hoofdstuk 1!

Wanneer je in dit vroege jaargetijde ’s morgens je motor uit de schuur of garage rolt, moet je niet alleen zelf nog even warm worden. Dat geldt ook voor de banden, al kun je bij hen het kippenvel niet zien. Je merkt het in de eerste bochten echter wel: een hard, houterig gevoel, vage feedback en een nukkig stuurgedrag. Net als de motorolie moeten ook de banden eerst rustig worden warmgereden voordat ze optimaal functioneren. En precies dat maakt het ontwikkelingsproces in deze bandencategorie niet gemakkelijk. Aan de ene kant heb je de alsmaar sterkere en snellere naked- en superbikes, die een stabiel karkas nodig hebben. Motoren die graag vlot door allerlei bochten worden gestuurd, maar die ook wel eens met 250+ keihard rechtuit over de Autobahn worden gejaagd. Je wilt aan de ene kant dus fantastische handelbaarheid en aan de andere kant onverstoorbare rechtuitstabiliteit. En om terug te komen op temperaturen: we hebben het bij de sportbanden in deze test niet over pure zomerbanden die alleen hoeven te functioneren bij asfalttemperaturen van 40 graden en meer. Het motorseizoen duurt van Pasen tot en met oktober, en in onze contreien betekent dat dat je ook ettelijke dagen slecht weer kunt en zult hebben. Waardoor zeer specifiek op maximale sportprestaties gemaakte banden – zoals de Sportsmart TT – op dit testonderdeel een beetje het nakijken hebben. Die komen bij normaal straatgebruik gewoon niet op hun optimale bedrijfstemperatuur, of kunnen er in elk geval niet constant worden gehouden. Wie in de eerste plaats een sportieve allrounder zoekt, moet dus vooral deze tabel wat beter bekijken.

ALLES ROND VOOR JE CIRCUITDAG?
Even weg uit de alledaagse beslommeringen, tijd voor puur en ongehinderd rijplezier op het circuit. Werken de zes sportbanden hierbij mee of dreigen ze door de hoeven te gaan? Hoofdstuk 2: het circuit!

Voor alle duidelijkheid: wie op het circuit fanatiek op jacht is naar zijn persoonlijke ronderecord en daarbij ook echt hard gaat, die kan beter pure circuit- of zelfs racebanden monteren. Die zijn er zowel met als zonder straatgoedkeuring. Dat neemt niet weg dat je ook met een normale sportband prima een circuitdag moet kunnen doen.
Voor dit testonderdeel hebben we de bandenspanningen meer of minder verlaagd conform de adviesspanningen van de bandenfabrikanten voor circuitgebruik, zie de in de tabel aangegeven waarden (die soms nog verrassend hoog uitvallen). Bij het voorgaande straatonderdeel hebben we de gebruikelijke adviesspanningen van 2,5 bar voor en 2,9 bar achter gehanteerd.
Onze insteek-bandentemperatuurmeter gaf bij de regelmatige temperatuurcontroles 60°C en meer aan voor het loopvlak – perfecte omstandigheden dus om de test-R1 op het oude Grand-Prix-circuit ‘Carland’ (nu al vele jaren het testcircuit van Goodyear-Dunlop) naar maximale hellingshoeken te sturen. Welke sportbanden geven in de hobbyracer-modus het grootste rijplezier? Een nadere blik op de tabel en de door de 2D-datalogger geregistreerde rondetijden geeft daarvan al een goede indicatie.

ZIN IN RIJDEN IN DE REGEN?
Voor ons een van de drie testonderdelen, maar voor sommigen het beslissende onderdeel: rijden in de regen. Op de verkeerde banden kan het rijden met een 200pk-superbike je snel de moed in de schoenen doen zinken.

Er is natuurlijk al geruime tijd een tovermiddel tegen regen en dat heet silica. Met dit steenachtige poeder (een kiezelzuurverbinding) kunnen de bandenfabrikanten het rubber bij lage temperaturen soepeler maken, en daarmee betere grip op nat wegdek geven. Nattigheid betekent namelijk in de eerste plaats kou. Regen heeft feitelijk hetzelfde effect als koelvloeistof in de motor: warmte wordt afgevoerd en de temperatuur wordt voortdurend verlaagd. Dat is fijn voor het motorblok, maar heeft voor banden enorme nadelen. Het rubber heeft namelijk een zekere basistemperatuur nodig om soepel genoeg te worden om zich goed te kunnen vertanden met het wegdek. Terwijl je de banden bij een sportieve rijstijl in zomers weer al snel in een prettige zone tussen 40 en 60°C kunt krijgen, haal je op nat wegdek hooguit de helft. Je bent als het ware voortdurend met de koude banden zo uit de garage onderweg. Het genoemde silica zorgt ervoor dat het rubber bij lagere temperaturen al fatsoenlijk plooibaar is en zo toch al redelijk grip geeft. Deze ‘zachtmaker’ kun je echter niet zomaar ongestraft door het rubbermengsel roeren. Het gaat ten koste van de thermische belastbaarheid van het loopvlak, het rubber kan hoge temperaturen minder goed aan. Slicks hebben daarom helemaal geen silica.
Het beste voorbeeld is een MotoGP-race die start op een natte baan met regenbanden. Daarmee zijn tegenwoordig werkelijk ongelooflijke hellingshoeken haalbaar en er kan verbazingwekkend hard uit bochten worden geaccelereerd. Wanneer het vervolgens echter ophoudt met regenen en de baan opdroogt, dan raken de banden hun waterkoeling kwijt en worden ze enorm veel warmer, waarna de banden gruwelijk gaan smeren en de stukken rubber je om de oren vliegen. Dat soort taferelen hebben we ongetwijfeld allemaal wel eens gezien en dat is – naar we aannemen – niet iets wat je op je eigen motor mee wilt maken.
Voor de dagelijkse praktijk op straat moet er dus een zo goed mogelijk compromis worden gevonden, zodat de rubbercompound op nat wegdek voldoende grip geeft, maar bij stevig bochtenwerk in zonnige omstandigheden niet gevaarlijk gaat smeren en bewegen, en dat je op hoge snelheid ook prima stabiliteit behoudt. Als de technici van de bandenfanbrikant hun werk goed hebben gedaan, zal de betreffende band na testonderdeel 1 en 2 ook hier op het derde onderdeel goed (genoeg) functioneren.
Om tot duidelijke en bovendien rechtstreeks vergelijkbare testresultaten te komen, moet je een regenrit zo goed mogelijk simuleren. Zoals hier op het testcomplex van Goodyear-Dunlop, waar we met een datalogger alle ritten op het permanent natgehouden testparcours vastleggen. Bij de meting in de doorlopende omega-bocht zijn er duidelijke verschillen te zien wanneer de banden tegen de slipgrens naar hun maximale hellingshoek worden gebracht. Opvallend minder is hier de Dunlop: die is dan ook een buitenbeentje doordat er – ten faveure van consistente circuitprestaties – geen silica in zit. Op de kletsnatte baan komt hij niet voldoende op temperatuur.

WIE PAKT HET ALGEMEEN KLASSEMENT?
We hebben het favoriete rondje op straat in de zon en de regen gehad, en ook de rijvaardigheidstrainingen en circuitdagen afgehandeld. We sluiten de test af, tellen de punten bij elkaar en maken de balans op.

Het goede nieuws: het EHBO-kistje en het gipsverband konden in de kast blijven liggen en de voor de zekerheid meegenomen crash-onderdelen konden terug in het rek. De test afgerond en ondanks het spreekwoordelijke koorddansen in het grensbereik geen schade aan mens en machine – dat is alvast een duim omhoog!
De tweede duim kan omhoog als je kijkt naar de geleverde prestaties van deze generatie sportbanden. We merken hierbij nog maar eens op dat er voor puur circuitgebruik nog betere bandentypes leverbaar zijn, deels zelfs met straatgoedkeuring.
Ook met de zes hier geteste sets kun je echter prima tot uitstekend het circuit op. De resultaten van het circuitonderdeel laten dat duidelijk zien. Geteisterd door de 200 pk van de V4-achtige Yamaha-lijnmotor gaan ze ook bij een snelle rijstijl niet door de hoeven, ze blijven stabiel, steeds goed controleerbaar en goed in te schatten. Bovendien zijn ze ondanks deze eigenschappen hun alledaagse kwaliteiten niet volledig uit het oog verloren. De meeste rijders van allerlei gradaties aan nakeds met uiteenlopende hoeveelheden R-en in de typeaanduiding zullen veruit de meeste, zo niet alle kilometers maken op secundaire wegen en bergpassen, en soms ook op de snelweg flink gas geven. Af en toe rijden in slecht weer hoort daar natuurlijk (helaas) bij. De beste mix van alles geeft de Bridgestone S22, waarmee hij zijn testzege van 2019 prolongeert. Nipt daarachter finishen de nieuwkomers Metzeler M9RR en Michelin Power 5, de twee regenkoningen. De Dunlop Sportsmart TT en de Pirelli Diablo Rosso Corsa II zijn beide het sportievere model boven de ‘gewone’ sportband van deze merken, waarbij de Pirelli duidelijk meer alledaagse kwaliteiten heeft behouden en bij de Dunlop de focus echt op maximale droge prestaties ligt, wat hem in de allround-puntenscore duur komt te staan. Daardoor finisht de Continental Sport Attack 4 zonder ergens in uit te blinken als degelijke allrounder nog voor de hardcore-Dunlop.

Lees meer over

Yamaha YZF R1

Gerelateerde artikelen

Eerste Test Yamaha MT-09 Y-AMT

Eerste Test Yamaha MT-09 Y-AMT

19 september, 2024

Ruim twaalf jaar – sinds de komst van de NC700 DCT – had Honda zo’n beetje het alleenrecht op ...
Alpenmasters 2024 – Mid Nakeds

Alpenmasters 2024 – Mid Nakeds

5 september, 2024

Waarom de KTM 990 Duke en Yamaha MT-09 tot de succesnummers van deze twee fabrikanten behoren, wordt niet alleen op ...