+ Plus

GP Wegrace Aragon, Spanje

Nog nooit voerde een Suzuki-coureur de WK-stand in de MotoGP-klasse aan. Totdat Joan Mir in het eerste van twee weekenden in Aragon de worstelende Fabio Quartararo verving als leider in de MotoGP. Een week later bouwde hij zijn voorsprong verder uit op de Fransman. En dat zonder te winnen. Want Alex Rins en Franco Morbidelli wonnen de twee races in Aragon.

In het eerste weekend in Aragon werd Alex Rins de achtste winnaar in tien races. Starten vanaf de tiende plaats bleek geen belemmering voor de Suzuki-coureur. Vanaf een vierde plaats na de openingsronde werkte hij zich langs Franco Morbidelli en polesitter Fabio Quartararo en na zeven ronden ook langs leider Maverick Viñales. En terwijl de Yamaha-rijders tijdens de trainingen indrukwekkende raceritmes lieten zien, bleek Rins op de wedstrijddag de betere kaarten te hebben. Quartararo kwam gefrustreerd als achttiende binnen, toen de bandenspanning van zijn niet eerder geprobeerde medium-voorband na een aantal ronden explosief opliep. Hoewel hij net als Viñales vertrok op softe banden, kon Rins ondanks de beduidend hogere asfalttemperaturen het tempo wel volhouden tot het eind. Vijf ronden lang werd hij achtervolgd door teamgenoot Joan Mir, maar de meeste dreiging kwam van Alex Marquez. Een week na zijn eerste MotoGP-podium in een nat Le Mans, presteerde Marquez op zijn geliefde Aragon spectaculair. Hij startte vanaf de elfde plek minder sensationeel dan Rins, maar zijn zeer zelfverzekerde inhaalacties waren indrukwekkend. Zelfs het passeren van de zeer wendbare Suzuki van Mir oogde bedrieglijk eenvoudig voor Marquez. In de slotronden naderde Marquez leider Rins gevaarlijk, maar na twee foutjes van Marquez won hij zijn eerste race van 2020, met 0,236 voorsprong. Een knappe prestatie van de Suzuki-coureur, die de start van het seizoen miste door een schouder uit de kom en maanden kampte met een gebrek aan kracht in de arm. Bovendien gooide hij in Oostenrijk en ook in Le Mans te grabbel door crashes. Vorig jaar won Rins de races in Austin en Silverstone door respectievelijk Valentino Rossi en Marc Marquez te verslaan. “Deze was moeilijker, omdat het makkelijk is om een fout te maken als je de race leidt, omdat hier veel rempunten zijn waar je te laat kunt remmen en wijd kunt gaan”, vond hij na Suzuki’s eerste winst in Aragon. “Op de grid was ik heel kalm en ik zei tegen mezelf ‘Alex, word zenuwachtig, je moet inhalen’. Maar ik bleef rustig. Ik wist dat Joan achter me zat, maar toen zag ik drie ronden voor het einde op m’n pitboard +0,3 AM en Mir. Ik dacht ‘wauw, nóg één!’. Dit is een belangrijke ervaring die je met je mee neemt.”
Marquez bekroonde een knap weekend met zijn beste optreden van het jaar. “Ik was vrij, ik was Alex”, glunderde de Repsol Honda-rijder. “Ik vergat alles en zei ‘vandaag wordt een goede dag’. Ik zag dat Alex slimmer was bij de start en hij maakte meer goed dan ik. Ik denk dat dat beslissend was. Dit was een heel belangrijk podium, een ‘droog’ podium. Als je al een keer op het podium hebt gestaan, vergeet je een beetje het idee dat P2 ook wel oké is. Ik dacht ‘waarom probeer ik het niet’.”
De 24-jarige Moto3- en Moto2-kampioen vertelde inmiddels met meer dan een scheef oog naar de set-up gegevens van zijn broer Marc te kijken, met een beter gevoel aan de voorzijde als tastbaar resultaat. Marquez zei ’te begrijpen’ waarom de Honda alom wordt omschreven als een moeilijke machine. “Je moet op alle vlakken sterk zijn: met het remmen, de bochtensnelheid maar ook de acceleratie. Als rijder moet je steeds op de grens zitten. Dat is heel moeilijk en veeleisend.”
Joan Mir moest hard doorrijden om de derde plaats veilig te stellen voor Viñales. De best scorende Yamaha-rijder reed de laatste twee ronden ‘met de ogen dicht’ en verkleinde de achterstand op Mir met 2,4 sec tot slechts 0,24 bij de vlag. Het was de eerste keer in de MotoGP dat een Honda-coureur in een Suzuki-sandwich op het podium stond. In de laatste zes ronden merkte Mir een ernstig verval van zijn softe compound-banden. “Dit was niet de dag voor de overwinning, wel voor de eerste plaats in het kampioenschap”, meende hij filosofisch. Het was een juiste constatering, want Quartararo zag zijn tien punten voorsprong op Mir ombuigen in een achterstand van zes punten.
Andrea Dovizioso was op zaterdag woedend op teamgenoot Danilo Petrucci die niet begreep dat ‘de enige Ducati-coureur die nog wereldkampioen kan worden’ in de Q1-tijdtraining wel een sleepje kon gebruiken. Dovizioso kwalificeerde zich als dertiende en werd na een zeer regelmatige wedstrijd op de zevende plaats de beste Ducati-vertegenwoordiger.

 

Franco Morbidelli verloor in de eerste race in Aragon in de laatste ronde zijn vijfde plaats aan Takaaki Nakagami. Bij de start van de Grand Prix van Teruel, de tweede race op Aragon, stonden de twee naast elkaar op de grid: Nakagami als eerste Japanse polesitter in zestien jaar en Morbidelli als tweede. Alex Rins stond voor het eerst sinds de Dutch TT van vorig jaar op de eerste rij. Voor de zo rustig ogende Nakagami bleek de spanning te groot. Al in de vierde bocht klapte hij als kopman onderuit. Nakagami was nog niet eens de eerste crasher. In de tweede bocht torpedeerde Brad Binder de niets vermoedende Jack Miller. Binder, die in Jerez Miguel Oliveira in de eerste bocht van zijn KTM-reed, werd bestraft met een ‘long lap’-penalty bij de volgende race. Na Nakagami’s eerste nulscore van 2020 volgde een masterclass van Morbidelli. Rins was uiteindelijk niet bij machte om de Italiaan aan te vallen en nam genoegen met een tweede plaats op ruim twee seconden. Teammaat Joan Mir reed een ijzersterke inhaalrace die hem van de twaalfde startplaats naar het podium bracht. Toen de achter hem pushende Alex Marquez tien ronden voor de vlag door ‘een rookie mistake’ onderuit ging, restte Mir een eenzame race. Hij liep verder uit op Maverick Viñales, die achter Pol Espargaro, Johann Zarco en Miguel Oliveira als zevende finisher een halve seconde voorsprong hield op de andermaal ernstig teleurstellende Fabio Quartararo.
Dynamiet als ontbijt had hem geholpen, grapte Morbidelli na zijn tweede seizoenszege. “Ik wist dat het vandaag alles of niets zou zijn”, begon Morbidelli zijn analyse. Om niet weer een koude douche te krijgen als een week eerder had hij met crewchief Ramon Forcada en zijn team vooral gewerkt aan het gedrag van de Yamaha met gebruikte banden. “En dat heeft zich uitbetaald. Iedereen verwachtte dat de bandenslijtage groot zou zijn, maar ik had meer edge grip dan vorige week en de machine voelde geweldig. Deze overwinning heb ik te danken aan mijn team.”
Morbidelli klom van de zesde naar de vierde plaats, slechts 25 punten achter leider Mir. “Hier droomde ik als kind van. Wat zeg ik: hier droomde ik vorig jaar nog van! Maar als je ‘in the game’ bent, wil je meer.” Dat betekende volgens Morbidelli ‘full attack mode’. En: “Geen fouten maken.”
Waar Morbidelli na Quartararo de eerste rijder werd met meer dan één overwinning in 2020 eiste Rins een derde podium in vier races op. Een aanval op de superieure Morbidelli was onmogelijk geweest, gaf Rins eerlijk toe. “Franco was ongelooflijk. De race was ook sneller dan vorige week (Morbidelli was zelf elf seconden sneller dan een week eerder, red) en ik worstelde met mijn banden”, vertelde Rins, die voor softe banden had gekozen, terwijl Morbidelli voor mediums koos. Dankzij zijn zesde podium in de laatste acht races bouwde Mir zijn voorsprong op Quartararo uit tot veertien punten. “Dit was het tweede weekend op Aragon en op papier waren er zo veel rijders snel”, aldus de 23-jarige lijstaanvoerder. “Ik heb zo snel mogelijk rijders ingehaald (na de eerste ronde was Mir vijfde, red.) maar toen ik alleen Franco en Alex voor me zag, had ik niks extra’s meer. Dat hoopte ik nog wel.” De stand in het kampioenschap had aanvankelijk niet in zijn hoofd gespeeld. “Later misschien wel. Maar ik voelde me niet optimaal, had een paar ‘big moments’ en zag dat mijn voorsprong op de nummer 4 (Pol Espargaro) groot genoeg was. Toen dacht ik ‘misschien is dit niet slecht voor vandaag’.” Mir peinsde er niet over om zijn strijdwijze in de laatste races van het seizoen aan te passen. “Dat zou nu meer dan ooit fout zijn.”

 

Zevende man Viñales was ‘niet tevreden’ met het resultaat maar ‘wel blij’ dat hij voor Quartararo was geëindigd. “Dat was het doel.” Viñales klaagde over een ernstig gebrek aan grip en zeer veel chatter. Een week eerder finishte hij op 2,8 seconde als vierde achter winnaar Rins, nu gaf hij dik veertiende tellen toe op merkgenoot Morbidelli – op een niet geheel 2020-Yamaha. “Het had nog veel slechter gekund met zo veel chatter”, vond Viñales. “Ik snap niet hoe ik met deze machine zo snel was in de laatste vrije training en dat er dan in de race niks lukt. Ik was overtuigd dat ik een goede wedstrijd kon rijden.” Viñales wilde ‘positief blijven’, maar velde een vernietigend oordeel over de Yamaha. “Met deze wisselende resultaten en met dit gevoel wordt het heel moeilijk om de titel te pakken. Het is onmogelijk om met deze machine Mir te verslaan. De Suzuki’s zijn van een ander niveau. Ze draaien sneller af, hebben meer bochtensnelheid en maken ook nog eens minder meters. We hebben niks verbeterd sinds de wintertest in Maleisië. Als er grip is, is de Yamaha de beste machine op de grid. Maar als hij niet werkt, krijg je hem niet aan de praat. Ik heb vandaag van alles geprobeerd: vloeiend rijden, agressief rijden, mappings veranderen – niks werkte.”
Vergelijkbare radeloosheid straalde Fabio Quartararo uit. “Ik ben blij dat we hier weg kunnen”, verzuchtte Quartararo. “Ik heb twee weekenden geworsteld. Mijn bandenkeus (mediums, red.) was goed, maar ik verloor zo agressief grip… Geen gevoel, geen tractie, geen grip. Geen idee waarom. Franco was heel constant en veel sneller.” Na zijn zesde startplaats gaf Quartararo op zaterdag toe ‘een beetje bezorgd’ te zijn. “Maar niet meer na de warm-up. Ik had 25 ronden op de banden zitten, maar in de race was het gevoel totaal anders. Het lijkt dat we elke keer als we twee races op één circuit hebben, in de tweede race geen stap kunnen zetten. We zitten vast. Iedereen verbetert zich en bij ons lijkt het alsof na vrijdag onze pace al bepaald is. Ik weet niet waarom.”
Met races op Valencia en ‘mijn favoriete circuit’ Portimao dicht Quartararo zich echter nog wel degelijk kansen toe. Bij de als treurig dertiende gefinishte Andrea Dovizioso is dat anders. Was de medium-achterband een week eerder misschien niet de beste keus geweest, met een softe achterband reed de Italiaan een niet te winnen strijd. “Aan het begin was het niet slecht, maar de softe band was te zacht, de ‘drop’ was gigantisch”, constateerde Dovizioso bijna berustend. Dat de softe band de verkeerde optie was geweest, wilde Dovizioso niet beweren. “Het ligt aan hoe je er om mee omgaat. De laatste drie jaren konden wij vaak een zachtere band pakken dan de anderen. Dat kan (met de nieuwe Michelin) niet meer. Als je agressief rijdt en niet vloeiend, is dit de consequentie van slecht rijden.” Praten over titelkansen had geen nut, vond Dovizioso. “Daar is dit niet het moment voor. We hebben de snelheid niet.” Dovizioso, nu vijfde in de stand. lijkt te hunkeren naar het einde van het seizoen – mogelijk dan ook het einde van zijn carrière. “Zo wil ik niet racen. Niet voor deze plekken. Ik wil niet negatief zijn, maar positief denken is nu moeilijk.”

Lees meer over

Ducati Honda Suzuki Yamaha

Gerelateerde artikelen

Eerste Test Honda Forza 750

Eerste Test Honda Forza 750

28 november, 2024

De Forza 750 profiteert van dezelfde vernieuwingen die de X-ADV (zie eerste test pagina 34) ook kreeg. Vooral tegen ...
Eerste test: Honda NT1100

Eerste test: Honda NT1100

28 november, 2024

NT is een acroniem voor New Tourer en drie jaar geleden werd de Honda NT1100 gelanceerd om het gapende gat in ...