Fabrieksbezoek Ten Kate Tuning
“We zijn bekend in Nederland en beroemd in het buitenland.” Ronald ten Kate kent de status van zijn team goed. Wat Gerrit ten Kate ooit startte als fietsenzaak is nu uitgegroeid tot een indrukwekkende racefabriek die dankzij vijf wereldtitels en andere successen internationaal groot aanzien geniet. Daarom is de hal van bijna 1300 vierkante meter die het team onlangs in gebruik nam ook geen overbodige luxe meer. Ronald ten Kate verzorgt een rondleiding. De machinekamer In de werkplaats van Ten Kate is plaats ingeruimd voor twee vermogensbanken. De ene bank wordt vooral gebruikt voor klantenteams en de andere voor de blokken die voor eigen gebruik zijn. De machinekamer, heeft Ten Kate de ruimte gedoopt. Twee enorme ventilatoren simuleren de rijwind voor het Ram Air. Het vermogen wordt er gemeten, maar ook wordt de ECU afgeregeld en worden nieuwe blokken ingereden. “Ongeveer een half uur in totaal”, zegt Ronald ten Kate. “Tien minuten warmdraaien en dan even afkoelen. Daarna tien minuten ongeveer 12-13.000 toeren laten draaien en tien minuten opbouwen naar het maximum vermogen. Dan weten we of alles goed is en hoeven we op de baan ook geen tijd te verdoen met inrijden van nieuwe spullen. Elke keer als er iets nieuws is, testen we het op de bank.” Het Ten Kate Team heeft in totaal acht Supersportblokken en tien Superbike-blokken in gebruik. De krachtbronnen worden tussentijds “opgefrist” en uitgewisseld. De banken kunnen ongeveer 400 pk meten. Een Superbike-blok geeft hij op voor 218 pk aan het achterwiel, zegt Ten Kate – en houdt een aardige slag om de arm, zo lijkt het. “Daar geven we het voor op, ja. Daar zijn we zeker van dat het dat wel haalt.” Veringhok Met Pieter Breddels heeft het Ten Kate team een fulltime-veringspecialist in eigen huis. De voormalige WP-technicus houdt zich bezig met het onderhoud en het testen van nieuwe spullen die in overleg met WP worden geanalyseerd. “We hebben een superverstandhouding met WP”, aldus Ten Kate. “Van WP uit wordt tijdens raceweekenden ook Arnold Litjens bij ons gestationeerd.” Na elk raceweekend vindt er een rapportage naar de veringfabrikant in Malden plaats. Breddels heeft onder meer een testbank voor schokdempers en voorvorken ter beschikking, terwijl hij ook in overleg met de chefmonteurs chassisprogramma’s ontwikkelt en alternatieve linkratio’s uitdenkt. “Hij checkt onder meer ook dempingcurves en door de hoeveelheid data is er steeds meer te zien wat er met de chassisstanden en de vering gebeurt. Een veringman kan nu veel gerichter werken. Drie, vier keer per jaar checkt hij alles, maar een controlecheck na races is niet standaard. We hebben een goed concept en dat is onze basis. Af en toe gaan we een stapje links of rechts.” Sinds het begin van dit seizoen rijden de Superbike-coureurs James Toseland en Roberto Rolfo met swingarms die door het Roberts Team worden vervaardigd. “Ze schrijven daar de maten van de as voor, maar wij denken daar zelf ook over na. Over elk facet, eigenlijk.” Alle vier Superbikes zijn uitgerust met een Roberts-swing, één exemplaar ligt klaar als reserve. “Dat is ook genoeg”, meent Ten Kate. “En meer wil je er ook niet op voorraad hebben liggen…” De voordelen van de Roberts-swing openbaren zich vooral in de tweede helft van een race, zegt Ten Kate. “Het blijkt dat de racebanden het langer volhouden met deze swingarm.” Garage In de garage is plaats voor vijf trucks en opleggers die keurig tussen de strepen worden geparkeerd. Het team beschikt niet alleen over de trucks en trailers voor de motoren, maar de komst van de nieuwe hoofdsponsor Hannspree heeft ook logistieke gevolgen gehad. “We hebben nu ook een soort showtruck voor Hannspree”, verduidelijkt Ten Kate. “Die is voor een zogenoemde roadshow, compleet met danseressen en racecams. Het is een trailer met een afdak en een podium.” Een dergelijk circus zou enkele jaren geleden nog ondenkbaar zijn geweest bij het nuchtere oer-Hollandse gezelschap, geeft Ten Kate toe. “Maar je groeit mee, hè. Als de jongens soms denken ‘wat gebeurt hier nou’, dan is het toch een kwestie van ‘the show must go on’. We zijn entertainers geworden. Maar het resultaat is nog steeds heilig.” Werkplaats Alle acht racemachines worden in dezelfde ruimte geprepareerd. Het oogt er clean en er zwerft geen gereedschap rond. “Elke crew heeft hier zijn eigen u-tje”, zegt Ten Kate. “Als we gaan racen, zijn de kasten leeg. De gereedschapkisten verhuizen mee naar de circuits. Het moet hier schoon zijn. Ik moet niet overal zooi zien.” De twee Supersport-rijders Sofuoglu en Charpentier hebben elk een monteur en een chefmonteur die Ten Kate “meewerkend voorman” noemt. De Superbike-rijders hebben een chefmonteur en twee monteurs tot hun beschikking. Het “schone” werken manifesteert zich ook bij het poetsen van de machines. “Dat is een soort neurose”, grijnst Ten Kate. “Als het geregend heeft, gaat alles tot het laatste boutje los. Als een motor dubbel binnen is gekomen na een val, gaat hij ook ‘los’. Het opbouwen van een kaal frame tot een complete Superbike vergt ongeveer vijf uur. Als alles goed is gegaan tijdens het weekend, doen we een ‘grote schoonmaak’. Het blok blijft dan in het frame, maar we checken de rest.” En wordt er dus gepoetst. Met reden, legt Ten Kate uit. “Dan kom je er achter of ergens scheurtjes zitten. Ik kende plekjes waar ik moet zoeken. Krijg ik vieze handen, dan is het niet goed.” Een Superbike-blok wordt na elke 1.000 tot 1.500 kilometer gereviseerd. Omdat de CBR600 grotendeels nieuw is, ligt de service-interval bij maximaal 1.000 kilometer. “Als we tijd hebben, doen we het vaker. Dat doen we ook om een slijtagepatroon te checken.” Een complete 600-racer (“we verkopen geen losse blokken”) kost ongeveer 35.000 euro, een Superbike “met traction control, helemaal ‘ready to race’, kost tussen de 90.000 en 95.000 euro. Hans Nooter, Frits Jaspers en Bennie Klok zijn de drie tuners van het team, terwijl Rutger Belt en Maarten Fijlstra verantwoordelijk zijn voor de opbouw van de klantenfietsen. In totaal lopen bij het team tien monteurs rond, twee datamensen, één veringexpert en één bandenman die zich ook bezighoudt met het onderhoud, de stickers en het schoonmaken van de wielen. “Er loopt hier niet zo veel volk rond”, vindt Ten Kate. “Ik denk dat we met ons Superbiketeam en het Supersportteam ongeveer evenveel mensen rond hebben lopen als er bij Ducati, Suzuki en Yamaha voor de twee Superbike-rijders werken. Vijf mensen zijn dan nog betrokken bij de hospitality, twee houden zich bezig met de showtruck. Gerrit en Ronald zijn dan verantwoordelijk voor het management, secretaresse Monique houdt alles op papier bij. In de ruimte naast de werkplaats staat onder meer een professionele stickermachine. “We maken veel stickers zelf”, zegt Ten Kate, die tot vorig jaar zelf regelmatig achter de machine zat. “Het hebben van zo’n machine bespaart vrij veel geld en we zijn er een stuk flexibeler door geworden. In de week voor de eerste race kregen we er bijvoorbeeld nog een sponsor bij. Daar kunnen we dan nog op inspelen.” Toch valt dit rommelhok enigszins uit de toon bij de cleane uitstraling van de overige ruimtes. De indruk ontstaat zeer nadrukkelijk dat deze plek in de nabije toekomst ook een andere bestemming zou kunnen krijgen. Ten Kate drukt zich heel voorzichtig uit. “Stel dat je volgend jaar iets zou willen doen, dan kun je hier à la minute starten”, zegt hij. “Of dat nou een MotoGP-team is, of een crossteam, een Superstock-team of een klantenteam.” Achter de werkplaats ligt nog een terrein van 28 meter diep braak. De vraag is niet of, maar wanneer hier gebouwd gaat worden. “Als het volgende project in kannen en kruiken is.” De veranderde status voelt Ten Kate nog elke week. “Vroeger was je blij als je ergens op een beursje mocht staan. Tegenwoordig krijgen we elke week aanvragen uit heel Europa. Iedereen wil onze motoren op een stand hebben staan.” De Denktank Boven de deur staat keurig “Team Office” te lezen, maar Ronald ten Kate noemt het de plek waar De Denktank zetelt. Als het team terugkeert na een race schuiven Ten Kate, de chefmonteurs en de datamensen standaard hier om tafel voor een evaluatie van het weekend. “De chefmonteurs hebben hier hun computer staan en de twee datamensen analyseren hier hun gegevens.” De bemoeienis van HRC met het Superbike-project is de afgelopen twee seizoenen weer gegroeid, zegt Ten Kate. Uit onvrede met het door Superbike-promoter Flammini trokken de Japanners zich officieel terug uit het WK. “Ons eerste jaar (2004, toen de cilinderinhoud voor viercilinders werd opgetrokken naar 1000 cc, FW) hadden ze er bijzonder weinig mee. Nu komt er druppelsgewijs wat binnen. Je moet niet denken dat er hier elke weken dozen van HRC bezorgd worden.” De recente ontwikkelingen met het traction control-systeem hebben tot een intensivering van het onderlinge contact gezorgd. Nadat het team vanaf vorig jaar zelf werkte aan een systeem, maakt men nu gebruik van een door HRC geleverd systeem. “Als wij een probleem hebben, komen zij met de oplossing.” Magazijn In een ruimte voor de net gebouwde hal staan vier hefbruggen met motoren. Hier worden de machines voor de klantenteams geassembleerd. Twee mensen zijn hier fulltime mee bezig. Ook worden hier monteurs van klantenteams opgeleid. “Ieder team wordt onder zachte dwang verplicht om hier aan het begin van het seizoen te komen”, zegt Ten Kate. “En gedurende het seizoen komen we elkaar ook nog wel eens tegen. Een team krijgt een handboek en door die begeleiding kunnen we veel problemen voorkomen.” Sinds 1994 schat Ten Kate dat de voormalige fietsenwinkel tussen de 550 en 600 blokken heeft geprepareerd. Een einde aan de handel is nog niet in zicht. “Er is namelijk een groeiende markt voor het blueprinten van blokken voor de Superstock-klasse”, legt Ten Kate uit. De teammanager kijkt nog verder. “Ik zou in de toekomst ook graag een CNC-station willen hebben. Dan zouden we toch meer onderdelen thuis kunnen maken en zo flexibeler werken.” Die toekomst blijkt niet zo heel ver in het verschiet te liggen. “Voor het eind van het seizoen 2008.” Boven de werkruimten is een magazijn gevestigd met talloze stellingen. Tientallen vorkpoten, schokdempers en veren liggen schouder aan schouder. Ook Tsjechische Sebimoto-kuipdelen, gespoten en ongespoten, liggen hier voor het grijpen. “Wij zijn ook importeur van die spullen”, zegt Ten Kate. “Gedurende een Superbikeseizoen hebben we minimaal dertig kuipsets nodig en voor het Supersportteam liggen er evenveel klaar.” Een eindje verderop staan twee pallets met kartonnen dozen. Ten Kate opent een doos. “Hannspree wijn. Dat hadden we vroeger ook niet…” Unterschriften Opener De werkplaats waar het allemaal gebeurt. Acht motoren worden hier geprepareerd voor podiumplaatsen en overwinningen. Machinekamer – keine unterschrift Veringhok Op zijn laptop checkt Peter Breddels de curves van de vering. Ronald ten Kate kijkt toe. Garage Alle neuzen dezelfde kant op. In de garage is plaats voor vijf Ten Kate trucks. En het begon ooit in een schuurtje waar fietsenbanden werden geplakt… Klein garage 1 – keine Unterschrift Klein garage 2 Steeds een trede hoger op het trapje. De ruimte op de deur van de truck wordt te klein. Klein garage 3 – keine unterschrift Klein garage reserve In de trucks is ruimte voor van alles. Dus ook voor de pakken en helmen. Werkplaats Zo ziet de Fireblade van James Toseland er uit als ‘ie écht uitgekleed is. Klein werkplaats 1 Kenan Sofuoglu houdt alles in de peiling. De Turk voert na vier races het WK Supersport-klassement aan. Klein werkplaats 2 Prijzige spulletjes: Nissin-remklauwen en een swingarm voor de Superbikes, geproduceerd door het Roberts-team in Engeland. Klein werkplaats 3 “Ten Kate. Voor het betere “bochtenwerk”.” Denktank De chefmonteurs evalueren na de races alle gegevens. En ook kok Jan (rechts) houdt zijn bestellingen bij… Magazijn 1 Kuiponderdelen ruim op voorraad. Magazijn 2 Het Grote Graaien vindt plaats in het magazijn boven de werkplaats. Magazijn 3 Als het niks wordt met dat managen van een raceteam, kan ‘ie altijd nog gaan kelneren… Ronald ten Kate toont u de huiswijn. Met de complimenten van Hannspree. Freesbank Frees niet! Of juist wel. Steppensets en onderdelen voor radiateurs worden bij Ten Kate zelf gedraaid en gefreesd. Externe bedrijven zorgen voor grotere productie. Drijfstangen Alsof het bestek is, zo keurig liggen de drijfstangen gerangschikt.