Getest

Eerste test Honda CB650R: aanstekelijke naked

Met de CB1000R, CB300R en CB125R lanceerde Honda afgelopen jaar een nieuwe serie nakeds, waarbij het qua design radicaal afstapte van de traditionele Japanse agressieve streetfighter-look. Honda koos voor een aanstekelijk retro-minimalistisch lijnenspel, dat de naam ‘Neo Sports Café’ meekreeg. In Almería maken we kennis met de nieuwe CB650R, de opvolger van de CB650F.

De krachtbron van deze nieuwe CB650R kent dezelfde configuratie als die van zijn voorganger, die in 2017 een laatste (Euro4-)update onderging, maar Honda heeft de vierpitter, voorzien van stijlvolle bronskleurige accenten, links en rechts wel wat bijgepunt. Gebleven zijn gelukkig de vier frivool naar de rechterzijde gebogen uitlaatdempers, een subtiele vingerwijzing naar de Honda Dream CB400 Four van beging jaren zeventig.

Wel moet de van de CB650F bekende koppeldip rond de 5.500 toeren tot het verleden behoren, is er boven de 10.000 toeren 5% meer vermogen beschikbaar en is de compressie licht verhoogd van 11,4 naar 11,6 : 1. Het maximum vermogen ligt met 95 pk bij 12.000 toeren nu iets hoger dan voorheen (91 pk bij 11.000 toeren), terwijl het maximum koppel met 64 Nm identiek is gebleven. De koppelpiek wordt bij een hoger toerental aangetikt, 8.500 in plaats van 8.000 toeren. Bovendien mag het blok nu 1.000 toeren meer draaien, het rode gebied begint nu bij 14.000 toeren.

Dat zadel bevindt zich 810 millimeter boven het asfalt, dezelfde hoogte als de CB650F voorheen, en mede door de smalle achterzijde van de tank zullen ook kleinere rijders makkelijk met beide voeten bij de grond kunnen komen. De zitpositie als geheel is op de nieuwe 650 net even anders, iets agressiever. Dat is bewerkstelligd door het brede en taps toelopende stuur 13 millimeter verder naar voren en 8 millimeter lager te positioneren, terwijl de voetsteunen 3 millimeter verder naar achteren en 6 millimeter hoger staan. Kleine verschillen, maar wel voelbaar. Het past ook in deze configuratie in ieder geval weer als die perfect zittende oude jeans, typisch Honda. Ook na een flinke poos in het zadel protesteert er nog niets, heerlijk comfortabel dus.

De vierpitter van de CB650R voelt ook al aan alsof je zojuist in die vertrouwde spijkerbroek bent gegleden, een heerlijk aangename stille kracht. Alhoewel stil, het inlaatgeluid is duidelijk prominenter aanwezig, met name als je de Honda flink in toeren jaagt, en ook voor de uitlaatsound hoeft de CB zich allesbehalve te schamen, best potent voor een 650. De gasrespons is al even soepel en geen moment giftig of juist vertraagd. Trillingen schitteren grotendeels door afwezigheid, alleen rond de 5.000 toeren gaat er kortstondig een lichte kriebeling door de voetsteunen. Het blok is zelfs zo soepel dat je het toerental bij het doorkruisen van een dorpje in de zesde versnelling probleemloos tot net onder de 2.000 toeren kunt laten zakken.

Als je vervolgens het gas weer open draait, pakt de Honda zonder tegensputteren weer op, om vervolgens heel mooi smeuïg door te accelereren. Dat dit niet met brute orkaankracht gaat, is in dit geval allesbehalve een tekortkoming. In dit segment draait het immers eerder om toegankelijkheid dan om pure power, daar hebben ze bij Honda de CB1000R al voor.

Wil je de hele eerste test lezen? Kijk dan in MotoPlus 03/2019!

Gerelateerd nieuws

Overig nieuws