Jerryt Custombouw
Gek van motorfietsen en sleutelen. Die combinatie komt vaker voor. De Fries Gerard Kramer (56) van jerrytcustombikes.nl voert echter de overtreffende trap. Frames, zitjes, achterbruggen, brand-stoftanks, uitlaten; wat zijn ogen zien, maken zijn handen. Het resultaat? Zeer fraai ogende creaties die – niet geheel onbelangrijk – ook nog eens heerlijk rijden.
Op de brug in Gerards ‘nifelhok’ hang een Laverda driecilinder in een handgemaakt frame. Het is zijn meest recente project. Een Bimota-achtig frame ontwerpen voor de Italiaanse driecilinder. Geen gemakkelijke klus gezien de afmetingen van het hoge blok. “Dat was een leuke uitdaging, want ik heb nog nooit zoiets gemaakt voor een Laverda”, vertelt Gerard. “Wielen, voorvork, achterschok-brekers en een blok. Meer had ik niet nodig om aan de gang te gaan.” Die onderdelen leverde de klant, waarna Gerard zijn visie erop los kon laten. Het resultaat staat nu te wachten tot het opge-haald wordt. De man die het frame bestelde was na het zien van enkele foto’s direct enthousiast. “Dat gaat wel vaker zo”, legt Gerard uit. “Voor een Oostenrijker bouwde ik ook een Bimoto-achtig frame, compleet met achterbrug voor een Suzuki GT750. De man zelf heb ik nooit ontmoet. Alle onderdelen die ik van hem nodig had, werden op een pallet bij me afgeleverd. Toen ik mijn werk af had, is alles op dezelfde pallet weer retour gestuurd naar Oostenrijk. Vervolgens heeft hij de motor zelf afgebouwd. Pas later zag ik het eindresultaat in een motorblad staan.”
De Laverda zal een soortgelijke behandeling ondergaan. “Deze motor wordt ook door de klant zelf afgebouwd. Hoe hij eruit komt te zien, is voor mij dus nog gissen. Als het goed is staat de Laverda later dit jaar aan de start van de Bikers Classic op Spa.”
Ondertussen is Gerard, of zoals de Friezen het zeggen: Jerryt, al een flinke tijd in de weer met mo-torfietsen. Wat begon met wat aanpassingen voor vrienden en kennissen is uitgegroeid tot een in-drukwekkende serie speciale motorfietsen. “Dertig jaar geleden bouwde ik mijn eerste achterbrug. Tien jaar later volgde het eerste complete frame. Dat was toen voor een Suzuki GSX1100. Die mo-tor staat nog altijd in mijn kantoortje en gaat nooit meer weg.” De inspiratie voor zijn ontwerpen komt voor het overgrote deel uit hemzelf. Al zijn er wel een aantal framebouwers die hem enorm aanspreken. Denk aan Nico Bakker, Bob Stevenson en Stuart Tiller van Spondon Frames en Steve en Lester Harris van Harris Performance. “Zeker Spondon heeft hele mooie achterbruggen en frames gebouwd. Sommige van mijn frames lijken een samensmelting van bijvoorbeeld Harris en Spondon. Maar ik maak nooit een kopie.”
Sinds een jaar of drie werkt Gerard ook met Ducati’s. Daarvoor was zijn werkplaats voornamelijk gevuld met Japanners. “Een klant vroeg of ik zijn 900SS onder handen wilde nemen. Ik raakte zo verknocht aan de rauwe twin met zijn droge koppeling dat ik ook met zo’n blok wilde rijden. Puur karakter.” Om de daad bij het woord te voegen, kocht Gerard voor zichzelf een 900SS. “Wel een van de laatste, mét injectie. Dat zijn de beste.” In de jaren die volgden werden kosten noch moeite gespaard om er een unieke machine van te maken. Van een andere achterbrug en frame, tot tal van accessoires. “Ik ben er tussen andere projecten door twee jaar mee bezig geweest. Voor het frame heb ik me laten inspireren door de Italiaanse framebouwer Pierobon. Omdat ik voornamelijk met Japanners werkte, kende ik die helemaal niet. Met de originele Ducati-frames heb ik niet zoveel. Die zijn vaak opgebouwd uit dunne buisjes in rechte driehoeken. Sterk genoeg, maar ik vind wat dikke-re buizen met meer bochten veel mooier. Het ontwerp zoals het er nu staat, heb ik helemaal in mijn hoofd uitgewerkt. Het eindresultaat is precies zoals ik het zelf mooi vind. Of het qua design in een bepaald straatje past, zal me een zorg zijn. Belangrijkste is dat de motor lekker zit, goed stuurt en optisch smoelt. Deze motor voelde vanaf de eerste kilometer meteen helemaal goed.”
De Jerryt-frames kenmerken zich vooral door robuust blank staal. “Daarnaast ben ik iemand van de mooie rondingen. Niet dat hoekige, maar meer organische vormen. Het frame voor de Ducati is voor mijn doen dan ook erg hoekig.” Omdat elk frame uniek is, werkt Gerard niet met een lasmal. Ook gedetailleerde constructietekeningen ontbreken. Belangrijk referentiekader is een stuk gordijnrails net boven de degelijk op de vloer geboute hefbrug. “Daar hang ik schietloodjes aan. Door veel met de waterpas te werken, kijk ik of alles voldoende recht en in lijn staat. Met micrometers en lasers werk ik zo min mogelijk. Geef mij maar een strak gespannen touwtje. Zoals ze vroeger de degelijke huizen bouwden.”
Zijn keuze voor een traditionele aanpak, betekent niet dat het bij Jerryt allemaal wat minder precies komt. “Ik puzzel net zo lang tot alles goed in lijn staat.” Het buigen van de framebuizen gaat op een pijpenbuiger die lijkt op een apparaat dat een loodgieter gebruikt om verwarmingsbuizen te buigen. “Uiteraard is deze veel sterker. Ik kan buizen met een wanddikte 2 tot 3 millimeter en met een dia-meter van 38 millimeter buigen. Dikker pakt de machine niet. Hoeft ook niet, want het staal is sterk zat. Als het toch moet, staat er een profielwals. Die gebruik ik af en toe, bijvoorbeeld voor het frame van een chopper. Maar dat is niet echt mijn type motor. Een motorfiets moet naar mijn mening voor-al goed sturen en dat doet zo’n machine bij voorbaat niet. Daarnaast vind ik ze optisch ook niet heel bijzonder.”
Het lassen van de frames is aan Gerard wel toevertrouwd. De Fries is gecertificeerd tig-lasser en was zelfs enige jaren werkzaam als lasser. Die ervaring komt hem bij het maken van frames én ben-zinetanks, die hij uit aluminium platen klopt, goed van pas. Alles is handwerk. De tanks maakt hij bijvoorbeeld met een bolvormig stuk gereedschap dat in een bankschroef is geklemd. Deze ‘stack’ is van alle nodige krommingen voorzien. Daarnaast heeft hij ook een blok hardhout met een holte en een Engels wiel om het aluminium verder uit te rollen. “Bij een tank werk ik van boven naar bene-den. Er zijn tankbouwers die eerst de onderkant maken, maar eerst de bovenkant ligt mij het beste. Zien of de tank symmetrisch is, doe ik op basis van m’n oog en m’n ervaring. Waar een frame echt exact recht moet zijn, komt dat bij een tank veel minder nauw. Twee millimeter afwijking zie je echt niet. Belangrijker is dat het er goed uit ziet. Als ik het ding helemaal in elkaar heb zitten, pers ik de tank af controleer hem op dichtheid.” Een coating komt er niet meer in. “Dat heeft te maken met de huidige agressieve benzine. Met de ethanol-toevoegingen lossen coatings op. Polyester tanks en benzine gaan ook niet meer samen. De coating die er vroeger in kwam is niet bestendig genoeg. Dat is ook de reden dat ik sommige tanks voor klanten namaak in aluminium.” Aanvragen voor het ma-ken van aluminium frames heeft Gerard ook wel. “Maar dat is veel riskanter materiaal vanwege het risico op breken en scheuren. Het is ook duurder en lastig te bestellen. Voor een frame zie ik in alu-minium geen meerwaarde boven stalen buis. Of je moet het blank willen houden. Die kilo die het misschien bij een frame scheelt telt toch niet? Staal is vele malen betrouwbaarder, scheurt niet en is sterker. Als je standaard aluminium last, dan ben je daarna de helft van je sterkte al kwijt. Bij staal hou je na het lassen 80-90% van de sterkte. En je moet voor jezelf ook een keer een grens trekken.” Of zoals het in goed Fries aan een van de muren in de werkplaats staat te lezen: ‘Men moat it seil net heger luke as de mest.’ Oftewel: je moet het zeil niet hoger hijsen dan de mast.
Een frame uit chroommolybdeen heeft Gerard wel gemaakt. Voor een Honda CBR400. “Je kunt daarmee iets lichter bouwen. Een wanddikte van 1,5mm in plaats van 2 mm zoals bij het staal. Maar het is duurder en mijn buiger is daar ook niet geschikt voor.” Ondertussen is ook een tweede custom op basis van een Ducati 900 SS klaar. Met tophalf-stroomlijn aan de tank en ronde koplamp in de puntige neus. Nog even naar de spuiter, de bedrading aansluiten en dan is hij klaar voor de verkoop. Om de prijs aantrekkelijk te houden heeft Gerard in tegenstelling tot bij zijn eigen special veel meer gebruik gemaakt van originele onderdelen. Ondertussen werkt hij nog aan een achterbrug en ligt er een set uitlaatdempers op de werkbank. “Daar maak ik een andere demper in uit geperforeerd staal en staalwol voor een mooier geluid.” Want alleen frames bouwen of tanks maken wil Gerard on-danks de verschillende modellen niet “Ik wil variatie in de hobby houden. En vooral ook maken wat ik mooi vind.”