Evert ten Napel: snert en motoren
Hoewel er meerdere motorbeurzen zijn, geldt die van Utrecht als de opstart van weer een nieuw motorjaar. De Noordelijke in Martiniplaza, die van Assen in het TT-complex en enkele andere zijn dan al weer geweest. Utrecht is echt een beurs waarvoor je een hele dag moet uittrekken.
Samen met enkele vrienden starten we even na negenen onze brommende tweewielers om via de drukke A28 westwaarts naar het gigantische Jaarbeurs-complex te sturen. Normaal doen we over de 50 kilometer een half uurtje, maar voordat je in hartje Utrecht bent, is de klok toch al gauw een uur verder. Gelukkig word je ter plekke vriendelijk opgevangen door de vrijwilligers van de KNMV. De motor kan gratis en bewaakt gestald worden. Een mooie service. Bij heel slecht weer, sneeuw, ijzel, gladheid, verkiezen we ook wel eens de NS Sprinter, die ons in ruim drie kwartier bijna voor de deur van de Jaarbeurs afzet. Heel eerlijk moet ik toegeven: een aantrekkelijk alternatief.
Voor mij en mijn Veluwse motormakkers is Utrecht echter niet de opstart van het motorseizoen. Een tikkeltje eigenwijs als we zijn hebben we onze eigen start, namelijk onze Snertrit op de laatste zaterdag van januari. Natuurlijk er zijn meerder ritten die deze titel dragen, maar wij vinden onze Snertrit de enig echte.
’t Is al weer een dikke twintig jaar geleden dat ik samen met mijn makker Ron besloot om ons motorrijbewijs te halen. Na het slagen natuurlijk direct een motor gekocht en we wilden iets voor brommende vrienden en kennissen organiseren en hen laten meegenieten van onze nieuwe hobby. Het plan voor een hele vroege toertocht in het jaar, afgesloten met dampende snert, was geboren. De laatste zaterdag van de eerste maand in het jaar leek ons wel wat.
De eerste keer een klein clubje dat allengs groter werd. “Mag mijn buurman ook mee, of vinden jullie het goed dat mijn zwager en zijn oudste zoon ook meerijden”. Natuurlijk riepen we enthousiast. En zo kwamen ook dit jaar weer op de laatste zaterdag van januari rond de 50 bikkels van heinde en verre naar Ermelo. Daar werden ze traditiegetrouw verrast op koffie en heerlijke taart van Marijke. Dan de verhalen over alle ritten, avonturen van het voorbije jaar. Rond het middaguur werden de motoren gestart voor een rit van zo’n 100 kilometer over de Veluwe om na terugkeer opgewarmd te worden door de dampende snert van maître Cees. Ook dan weer de sterke verhalen, de een nog mooier dan de andere. Over toeren naar de Noordkaap, naar de Dolomieten, de Route 66, maar ook over de aanschaf van een nieuwe motorfiets. Deze keer met zadelverwarming, met automatische schakeling of weet ik wat voor nieuwtjes. Vaak is het ook nog even over de Utrechtse Motorbeurs. Gaan jullie ook weer dit jaar? Wanneer de donderdag/vrijdag of het weekeinde? Goed dan zien we elkaar daar weer. Maar wat blijft is dat ons motorjaar ook deze keer weer is begonnen met onze eigen Snertrit, de laatste zaterdag van januari!