+ Plus

Interview Lin Jarvis

Het is bepaald niet de gemakkelijkste job, die van managing director van Yamaha Motor Racing. Zeker aan het eind van het afgelopen seizoen, toen de relatie tussen Valentino Rossi en Jorge Lorenzo bijzonder gecompliceerd werd, was de positie van Lin Jarvis weinig benijdenswaardig. “Mijn taak bij Yamaha is om een winnend team te leiden, niet om een happy family te runnen.”

Voor Lin Jarvis had het niets uitgemaakt wie er wereldkampioen werd – Valentino Rossi of Jorge Lorenzo – zolang het maar één van die twee Yamaha-coureurs was. Tot aan de Grand Prix van Australië liep het opmerkelijk goed. Rossi had het hele seizoen al de leiding in handen gehad, maar Lorenzo kwam hard dichterbij. Dat één van hen wereldkampioen zou worden, was dus wel zeker.
Maar toen barstte de bom, aan de vooravond van de Grand Prix van Maleisië. Valentino Rossi beschuldigde de Spaanse Honda-coureur Marc Marquez ervan dat hij zijn landgenoot Jorge Lorenzo zou ‘helpen’ door Rossi bewust tegen te werken.
“Tot dat moment was de relatie tussen Valentino en Jorge koel maar respectvol,” vertelt Jarvis, in zijn kantoor achterin een van de trailers van het Yamaha MotoGP-team. “Doordat beiden zicht hadden op de wereldtitel, was er wel een zekere spanning, maar dat is normaal. Je teamgenoot is je eerste concurrent en zeker als beide teamgenoten de mogelijke nieuwe wereldkampioen zijn. Maar dat was te controleren. Vanaf Sepang veranderde de dynamiek totaal en dat kwam door de invloed van een derde: Marc Marquez.”
Jarvis zegt ervan overtuigd te zijn dat Marquez op een missie was om Rossi van de wereldtitel af te houden. Daar de aandacht op vestigen, was volgens de managing director het eerste doel van de Italiaan. “Om de competitie zuiver te houden en daar had hij alle belang bij,” verdedigt Jarvis zijn coureur. “Of het verstandig was van Valentino om op dat moment zijn ideeën publiek te maken is een tweede, omdat als gevolg daarvan het op de baan volledig escaleerde. Maar ik geloof zeker dat Marc een rol heeft gespeeld waardoor de dynamiek in het kampioenschap in de eerste plaats en tussen onze rijders in de tweede plaats volledig veranderde.”

De beschuldigingen van Rossi zetten niet alleen de verhouding met Marquez op scherp, hij joeg er ook Lorenzo mee op de kast, die beledigd was door de suggestie dat hij ‘hulp’ nodig zou hebben om wereldkampioen te worden. Er volgden persoonlijke aanvallen van de één op de ander. Zowel Lorenzo als Rossi zeiden dingen die ze misschien beter niet hadden kunnen zeggen. Beiden verloren op enig moment in het tumult hun zelfbeheersing. Jarvis had zijn handen vol met de schade zo beperkt mogelijk houden. Het was crisismanagement van de hoogste orde, maar Jarvis toonde zich een rots in de kolkende branding. “Het feit dat ik Brits ben en geen Italiaan of Spanjaard, heeft erg geholpen. Mede dankzij mijn nationaliteit stond ik boven de partijen. Was ik Italiaans of Spaans geweest, dan was dat nóg ingewikkelder geweest.”
“Behalve het toevallige feit dat ik Brits ben, was ervaring met twee kampioenen, twee grote ego’s in één team, het belangrijkste. Het was een lastig parket waarin het behoedzaam manoeuvreren was. Het was zaak om geen van beiden af te vallen en ze allebei in hun waarde te laten. Ik heb veel gepraat met beide rijders. Daarmee hoop je invloed uit te oefenen, maar je kunt nooit controleren wat ze in een onbewaakt moment nu weer roepen over elkaar. Toch heb ik geen moment het gevoel gehad dat het uit mijn handen glipte, dat we de controle verloren. Buiten was het oorlog, maar binnen was het kalm. Ik heb een paar gin tonics extra gedronken, maar ik heb er niet van wakker gelegen.”
Lorenzo won uiteindelijk de wereldtitel, Rossi werd tweede, en daarmee haalde Yamaha voor de vijfde keer de triple binnen. “Het was misschien wel ons succesvolste seizoen ooit, maar de nasmaak was bitter. Niemand kon echt blij zijn en dat is jammer. Wat er in de laatste weken van het seizoen gebeurde, verdient zeker geen schoonheidsprijs.”

Ook in het nieuwe seizoen sudderde het maar door en deelden Lorenzo en Rossi over en weer onderhuidse speldenprikken uit. Rossi door te zeggen dat ‘je ballen nodig hebt om naar Ducati te gaan’, Lorenzo door te zeggen dat Rossi ‘geen andere opties had dan bij Yamaha te blijven’. Gezelliger werd het er allemaal niet op. “De sfeer is totaal anders dan vorige jaren,” erkent Jarvis, bedachtzaam in zijn cappuccino roerend. “Van koel maar respectvol is er nu een soort gewapende vrede. Dat heeft gevolgen voor de werkwijze en de manier waarop we ons presenteren. We laten Valentino en Jorge niet meer samen naar een photoshoot of een evenement gaan. Dat kan gewoon niet meer. Vrienden zullen Valentino en Jorge nooit worden, maar de verhouding was aanzienlijk beter dan in de eerste periode (2008-2010, NK) dat ze samen bij Yamaha reden. Het feit dat er in de tweede periode (vanaf 2013, NK) geen wand tussen de twee delen van de garage stond, zegt al genoeg. Er was ondanks de concurrentie en de totaal verschillende karakters wederzijds respect. Het is bijna vier jaar uitstekend gegaan! Het stoort mij dat er onder invloed van een derde partij – Marc – een soort van nieuwe muur is opgeworpen. Een denkbeeldige weliswaar, maar toch. Het is voor niemand goed. Ik ben blij dat Valentino en Marc elkaar in Barcelona de hand hebben geschud. Het is een wankel evenwicht, maar ik hoop dat de verhoudingen nu enigszins genormaliseerd zijn.”

Eén (potentiële) wereldkampioen in een team hebben, is al lastig. Maar twee is helemaal moeilijk. Toen Lin Jarvis in januari 1999 de leiding kreeg over het nieuw gevormde Yamaha-fabrieksteam – tot december 2004 gevestigd in Schiphol-Rijk, waardoor Jarvis nog altijd uitstekend Nederlands spreekt – was de situatie enigszins vergelijkbaar. Ook toen waren er twee sterke ego’s, een Italiaan en een Spanjaard, met de potentie om wereldkampioen te worden. Max Biaggi en Carlos Checa werden dat echter niet. “We wonnen wel wedstrijden, maar we misten in 2000 de gouden kans om wereldkampioen te worden. Die ging naar Kenny Roberts junior. Ik wil niets afdoen aan de prestatie van Kenny, maar dat jaar hadden we met Max wereldkampioen moeten worden. In 2001 werd hij tweede, maar was Valentino bij Honda zo dominant dat hij feitelijk geen schijn van kans had. In plaats van dat het beter ging, werd het juist moeilijker, met 2003 als dramatisch dieptepunt. Dat jaar, met Alex Barros en Marco Melandri, wonnen we niet één Grand Prix. Toch kwam er iets goeds uit: het was de inleiding tot een drastische mentaliteitsverandering bij Yamaha. In het jaar erna trokken we Valentino Rossi aan en werden we wereldkampioen. Er is een mooi gezegde waar ik in die periode veel aan heb gehad: het donkerste moment van de nacht is net voor het ochtendgloren. Het klopt.”
Inmiddels heeft Jarvis (58) zeven wereldtitels achter zijn naam staan (vier van Valentino Rossi, drie van Jorge Lorenzo), zes constructeurstitels en mocht hij vijf keer de triple crown op zijn cv zetten, omdat het Yamaha MotoGP-team ook het sterkste team was. “De triple is het mooiste en het hoogste wat je kunt bereiken: de beste rijder, de beste machine, het beste team. Dat is de filosofie van Yamaha: we zijn hier om te winnen. Met dat doel voor ogen is het mijn taak om het sterkst mogelijke team neer te zetten. Een winnend team bovendien. Het is wel zo prettig als rijders goed met elkaar kunnen opschieten, maar ik ben hier niet om een happy family te runnen.”

Jarvis begrijpt wel dat Lorenzo koos voor Ducati. “Ik kan me goed voorstellen dat hij na negen jaar bij Yamaha toe is aan iets anders, aan een nieuwe uitdaging. Daarnaast begrijp ik ook heel goed hoe moeilijk het is om de teamgenoot van Valentino te zijn. Het draait altijd om Valentino. Het is psychologisch niet eenvoudig om altijd maar weer die gele massa voor de box en het podium te zien, zelfs als jij de regerend wereldkampioen bent en jouw drie titels van recentere datum (2010, 2012, 2015) zijn dan zijn laatste (2009). Wat Jorge ook doet, hoe vaak hij ook wint, zolang Vale rijdt, is en blijft hij de superster. Zeker na wat er het afgelopen jaar allemaal is gebeurd, kan ik Jorge geen ongelijk geven, hoe jammer ik het ook vind dat hij deze keuze heeft gemaakt. Ik had hem graag bij Yamaha gehouden. Het is niet leuk om degene te zien vertrekken die bij ons drie wereldtitels heeft gewonnen.”
Aan de aanbieding die Yamaha de regerend wereldkampioen deed, kan het niet hebben gelegen, meent Jarvis. Op verzoek van Lorenzo lag er al in een vroeg stadium – voor het begin van het seizoen – een nieuw contract op tafel. “Ik vind het belangrijk dat onze rijders op basis van gelijkwaardigheid worden behandeld. Dus toen Jorge een nieuwe aanbieding kreeg, kreeg Valentino ook een aanbieding. Ik wil daar geen gedoe over, dus hebben ze beiden op hetzelfde moment een aanbieding gekregen. Valentino ging vrijwel meteen akkoord. Dat verbaasde mij niet; er was geen twijfel over dat hij bij Yamaha zou blijven. Hij was gemotiveerd, hij wilde nog twee jaar verder. Jorge had meer tijd nodig en dat verbaasde me wel een beetje, maar door de snelle beslissing van Valentino was voor hem duidelijk wat zijn opties waren. Hoe langer het duurde, des te groter de kans werd dat hij zou vertrekken. Ducati heeft hem een bod gedaan dat hij simpelweg niet kon weigeren.”

Toen duidelijk werd dat Jorge Lorenzo inderdaad zou vertrekken bij Yamaha, was het dus aan Jarvis om een vervanger te zoeken. “Het is niet eenvoudig om de plaats in te vullen van een drievoudig MotoGP-wereldkampioen. Ik wil daarom in een vroeg stadium persoonlijk met de rijder praten. Ik wil hem in de ogen kunnen kijken en uit zijn mond horen wat zijn motivatie is. Je gaat uiteindelijk met hem een relatie aan, niet met zijn manager. De gesprekken met Maverick Viñales zijn al een poosje geleden op gang gekomen. Nee, ik zeg niet wanneer precies.”
Er ging nogal wat tijd overheen voordat Yamaha Viñales kon presenteren als de nieuwe coureur. “Wat de buitenwereld ziet, is niet altijd de werkelijkheid”, zegt Jarvis met een veelbetekenende glimlach. Hij omzeilt behendig de vraag of het een politieke zet was dat de naam van Dani Pedrosa opdook in de media, juist toen het proces met Viñales vast leek te zitten. “Met het doel een zo sterk mogelijk team aan de start te krijgen, waren er twee opties: een jong talent met de potentie in de toekomst wereldkampioen te worden, of de beste meer ervaren coureur die beschikbaar is. In het eerste geval was Maverick onze keus, in het tweede geval was dat Dani. Waarom Marc Marquez niet op ons lijstje stond, lijkt me duidelijk. Dat het nog zo lang heeft geduurd voordat er overeenstemming was, lag aan het contract van Maverick bij Suzuki. Wij kunnen geen rijder presenteren die nog contractueel verbonden is aan een andere partij. Pas toen dat van zijn kant was opgelost, konden wij verder. En zolang het niet was geregeld met het contract van Maverick, was Dani een serieus alternatief.”
Het duurde dan even, maar Jarvis heeft er nooit echt aan getwijfeld dat Viñales zou komen. Een coureur met de absolute wil om wereldkampioen te worden, moet immers óf bij het fabrieksteam van Honda óf bij dat van Yamaha zitten. “Maverick maakte meteen duidelijk wat zijn doel is: hij wil winnen. Dat is wat we zoeken. Hij is in onze ogen de aantrekkelijkste kandidaat van de nieuwe generatie rijders: een veelbelovend talent, 21 jaar pas. Hij heeft iets speciaals. Met de titel in de Moto3 heeft hij laten zien dat hij kan winnen, zijn snelle overstap naar de Moto2 en door naar de MotoGP laat zien dat hij gemotiveerd is, hij ontwikkelt zich goed bij Suzuki. Het is natuurlijk altijd afwachten of iemand de volgende stap kan zetten, maar ik denk dat hij zeker de kwaliteiten en de potentie heeft om de komende zes, zeven jaar te domineren in de MotoGP.”

Viñales komt bij Yamaha terecht in een bestaande structuur. Lorenzo neemt één monteur mee naar Ducati en dat is ook degene die hij zelf meenam toen hij bij Yamaha kwam. De sleutelfiguren, zoals chef-monteur Ramon Forcada en rijdersbegeleider Wilco Zeelenberg, blijven. “Ik ben heel blij dat het team nagenoeg ongewijzigd blijft, want ik hou er niet van als de hele dynamiek verandert. Dat is voor Maverick ook goed: hij komt terecht in een goed functionerend team, dat weet wat nodig is en dat de machine goed kent. Voor hen is het ook een nieuwe uitdaging om met een nieuwe rijder te werken.”
Ook in het team van Rossi verandert weinig. Eén van de monteurs heeft aangegeven met pensioen te willen. De rest blijft. “Toen Valentino bij ons kwam, nam hij een compleet team mee. Die gingen ook mee naar Ducati en bij zijn terugkeer, kwam iedereen ook weer mee. We hebben er indertijd zelf aan meegewerkt, maar ik ben er geen voorstander van. Het is gecompliceerd om zo’n hele club in te passen in de structuur en vervolgens ook weer te vervangen. Voor Yamaha is stabiliteit en ervaring belangrijk. Rijders komen en gaan, maar het team zou de stabiele factor moeten zijn.”
De stabiliteit geeft Rossi wellicht ook zijn beste kansen op zijn zo vurig gewenste tiende wereldtitel. Het team is ingewerkt en Rossi kent de motor als geen ander. Lorenzo daarentegen zal moeten wennen aan de Ducati, net zo goed als Viñales zijn draai zal moeten vinden bij Yamaha. Bij Honda moet er veel gebeuren om de machine beter handelbaar te krijgen en dat is geen proces wat 1-2-3 verloopt. “Mwaaaah…. Ik denk eigenlijk dat dit jaar al Valentino’s beste kansen zijn,” zegt Jarvis.
“We kunnen niet in de toekomst kijken, maar ik denk niet dat we Maverick volgend jaar moeten onderschatten. Hij ontwikkelt zich goed op de Suzuki en komt dan met twee jaar ervaring in de MotoGP op de beste machine te zitten. Als zijn ontwikkeling doorzet in dit tempo, kan hij volgend jaar al een geduchte kandidaat voor het wereldkampioenschap zijn. Jorge is sowieso een bijzonder sterke rijder. De Ducati wordt snel beter en de overstap zal Jorge een extra motivatie geven. Of hij voor de wereldtitel kan meedoen, is afwachten, maar ik acht de kans groot dat hij minimaal een paar wedstrijden zal winnen. En wie weet hoe sterk de Honda volgend jaar uit de hoek komt. Ze weten dat er wat moet gebeuren en zowel Honda als Marc Marquez zijn nooit te onderschatten. Wij hebben dit jaar nog de voorsprong op zowel Honda als Ducati. We zijn het sterkste team, met de beste motor. En Valentino rijdt erg sterk en is gemotiveerd tot op het bot. Ik zou niet weten waarom hij niet dit jaar wereldkampioen zou kunnen worden. Goed, hij heeft wat achterstand, maar er zijn al gekkere dingen gebeurd. Het seizoen is nog lang niet voorbij.”

Lees meer over

Ducati Honda Suzuki Yamaha

Gerelateerde artikelen

Eerste Test Honda Forza 750

Eerste Test Honda Forza 750

28 november, 2024

De Forza 750 profiteert van dezelfde vernieuwingen die de X-ADV (zie eerste test pagina 34) ook kreeg. Vooral tegen ...
Eerste test: Honda NT1100

Eerste test: Honda NT1100

28 november, 2024

NT is een acroniem voor New Tourer en drie jaar geleden werd de Honda NT1100 gelanceerd om het gapende gat in ...