Dolf’s Domein – Plantjes
Op Marktplaats stond nu net het spul waar ik al tijden naar zocht. En een paar mailtjes plus een telefoontje maakten duidelijk dat de excursie naar de Amsterdamse buitengebieden buitengewoon zinvol en lucratief kon zijn. Een aanhangertje huren hoefde niet eens, want vriend Albert heeft een Amerikaanse ‘long bed’ pick-up truck met een laadvloer van zo’n tweeëneenhalve meter.
Die enorme, in vrolijke groen, bruin, zwarte camouflage kleuren gekwaste gigant heeft een dieselmotor van een litertje of zeven en achterop de klep van de achterbak staat vol trots de zinsnede: ‘Fuck Fuel Economy’. De rit door de schemering naar Amsterdam verliep voorspoedig. Mede verkeersdeelnemers zien zelfs voertuigen in camouflagekleuren nog beter dan motorfietsen, zo werd duidelijk. Bovendien stond de trajectcontrole op de A2 officieel uit. Nooit geweten dat er in de polders om Amsterdam nog zulke landelijke buurten met zulke schuren waren. Gelukkig had de pick-up een batterij schijnwerpers op zijn dak. We sjouwden dus onze eigen zonsopgang mee, en de TomTom deed de rest. Uiteindelijk vonden we een rommelig perceel met wat schuren en loodsen erop. We liepen naar een volwassen exemplaar en deden op goed geluk een deur open. Achter die deur zat een sluis. Toen we de tweede deur door waren stonden we, met geknepen ogen, in een hel verlichte tuinderij. Daar stonden alleen plantjes, geen verkopers van motorfietsspullen. We gingen dus weer naar buiten de frisse lucht in en vonden een andere, beduidend minder uitbundig verlichte schuur. Daarin stonden wel motorfietsen. Vanuit een ooghoek zagen we er eentje waarvan het contactslot op heel originele wijze was gemodificeerd. Het begon al een beetje te kriebelen tussen de schouderbladen, maar de man die ons tegemoet kwam bleek een vriendelijk exemplaar, geen Zware Jongen. Het was gezellig, onze gastheer draaide een grote tapse sigaret en had er geen bezwaar tegen dat wij wat burgerlijkers opstaken. De spullen die hij te koop had, leken een beduidend bravere achtergrond te hebben dan de machine met het geforceerde contactslot. We kwamen prettig tot zaken en dronken een pilsje op de goede afloop. Net voor de eerste slok was het gedaan met de rust. Er was buiten enorm veel lawaai en ook in onze schuur werd het opeens erg druk. Politie met honden en véél geschreeuw. Buiten hing er een helikopter klapwiekend boven het perceel, inclusief een alle kanten op zwaaiende schijnwerper. En zo kom je dan op een vrijdagavond laat in een cel terecht. Na een uur ging de cel open en werden we, precies zoals in alle politieseries, verhoord. Ik moet zeggen: op TV heb ik dat indrukwekkender zien gebeuren. Mijn ondervraging was gewoon een soort van gesprek. Het blijkt dat de politie niet helemaal objectief was, want we moesten toch wel heel erg uitleggen waarom we daar zo laat waren met een gecamoufleerde V8 4WD met een opruiende tekst op de klep. Uiteindelijk liep natuurlijk alles met een sisser af. Al moesten de afsleepkosten van de Dodge onherroepelijk betaald worden. En dat terwijl we er niet om gevraagd hadden het ding te versjouwen. Al met al zijn auto’s best handige dingen, maar in praktijk krijg je er als motorrijder toch vaak gedoe mee. En de spullen waar de reis eigenlijk voor was begonnen? Die bleven in beslag genomen. Net als het geld dat aan de vriendelijke verkoper was gegeven. Daarover zijn trouwens wel aantekeningen gemaakt in het proces verbaal. De spullen heb ik maar afgeschreven, en of de overheid me mijn geld teruggeeft? Heeft de overheid dat ooit gedaan?