GP Wegrace Le Mans, Frankrijk
Als het bij Jorge Lorenzo lekker loopt, is hij nauwelijks te stuiten. Dat ondervond de concurrentie aan de lijve in Frankrijk. Zijn seizoensstart was tegenvallend, maar de Lorenzo-trein dendert na twee opeenvolgende zeges nu in volle snelheid richting de kop van het klassement. Samen met Valentino Rossi zorgde hij voor de eerste Yamaha-dubbel van het jaar, terwijl wereldkampioen Marc Marquez tevreden moest zijn met den vierde plaats achter Andrea Dovizioso.
Dat het ene Grand Prix-seizoen het andere niet is, bleek ook in Le Mans weer eens. Waar hij vorig jaar ondanks een bijna rampzalige remfout in Frankrijk nog van de tiende naar de eerste plaats kon rijden, moest wereldkampioen Marc Marquez nu op en soms over de grens om een vierde plaats uit het vuur te slepen. Zijn vijfentwintigste MotoGP-pole position op zaterdag verbloemde de problemen waarmee hij en Honda momenteel kampen. “Met het ingaan van bochten beweegt en glijdt de motor te veel. Het verschil met eerder was dat ik daar toen zelf voor zorgde, nu komt het uit de motor”, beschreef de nog glimlachende Marquez. De pink die hij voor de Grand Prix van Jerez brak, was amper een handicap meer in Le Mans. Het probleem lag dieper en was groter. “De concurrentie heeft vergeleken met vorig jaar een stapje gemaakt en ik zit nog min of meer op hetzelfde niveau”, stelde hij vast. Dat het geen opzichtige poging was om zichzelf in een ongebruikelijke rol als underdog te dwingen, bewijzen de resultaten. Met zijn vierde plaats in de race, twintig seconden achter winnaar Lorenzo, was Marquez de enige Honda-rijder in de top 10. Niet eerder sinds de introductie van de MotoGP-klasse in 2002 was er na een Grand Prix maar één Honda-vertegenwoordiger te vinden bij de beste tien. Na vijf GP’s kan het machtige Honda geenszins tevreden zijn met slechts drie podiumplaatsen – Marquez’ verwachte zege in Amerika, zijn tweede plaats in Jerez en Cal Crutchlows derde plek in Argentinië – aangezien wonderkind Marquez vorig jaar na vijf wedstrijden nog geen enkel punt had verspeeld. Met een nog steeds hongerige Valentino Rossi – de enige Grand Prix-rijder in alle klassen die in vijf races op het podium stond – en de steeds sneller wordende Jorge Lorenzo heeft Honda twee formidabele tegenstanders, terwijl Andrea Dovizioso in Le Mans ook al zijn vierde podium van het jaar scoorde. Marquez kijkt aan tegen een achterstand van 33 punten, Honda, sinds 2011 de constructeurskampioen in de MotoGP, heeft nog 31 punten goed te maken op Yamaha.
Al bij het eerste rempunt in de race bleek de achilleshiel van Marquez: hij probeerde de furieus gestarte Dovizioso, Lorenzo en Andrea Iannone in één beweging te passeren, maar verremde zich jammerlijk en mocht van geluk spreken dat hij overeind bleef. Twee ronden kwam Valentino Rossi nog langszij en in plaats van aan te klampen bij de WK-leider, ging Marquez in de vijfde ronde nogmaals in de fout. Het kostte hem de vijfde plaats, maar in de laatste zes ronden van de race wist hij de schade nog enigszins beperkt te houden door met kunst- en vliegwerk weer op te klimmen naar de vierde plaats.
Waar Marquez strijdend, maar ook bijna berustend zijn lot aanvaardde, vierde Lorenzo feest vanwege zijn tweede opeenvolgende zege, zijn vierde MotoGP-overwinning in Le Mans. Lorenzo raakte bij het doven van de lichten Andrea Iannone, maar liet zich niet van de wijs brengen. Vóór de eerste doorkomst passeerde hij ook Dovizioso en toen Rossi in de dertiende van 28 ronden de Ducati-coureur van de tweede plaats had verdrongen, controleerde Lorenzo zijn voorsprong op teammaat Rossi. Die klokte de snelste raceronde, maar begreep ook dat Lorenzo in deze vorm niet te houden was en accepteerde de nederlaag, 3,8 seconden achter de terechte winnaar – die zich op zaterdag nog flink had opgewonden over zijn derde startplaats. Een dag later was die ergernis – een defecte sensor had in zijn snelle kwalificatieronde verkeerde informatie doorgegeven – al lang vergeten. “Deze tweede overwinning op rij geeft veel vertrouwen. En we hebben laten zien wat we kunnen”, vond Lorenzo. “Onze machine is dit jaar geweldig en heel compleet. We zitten in een goede periode en daar moeten we van profiteren, zo lang het duurt.”
Lorenzo maakte zich voor de race zorgen over de voorband, omdat die in verschillende bochten weg gleed. “In de wedstrijd was dat ook zo, al kort na het begin met nog bijna de volle tank. Maar gelukkig weten wij uit ervaring dat dat gevoel tijdens de race niet erger wordt. Ik ben de bochten iets anders gaan insteken en toen de tank wat leger raakte, heb ik ook iets minder gepusht. We hadden wat geluk. Ook omdat veel andere rijders problemen aan de voorkant hadden.”
De verslagen Rossi vond weinig redenen om teleurgesteld te zijn, ondanks het feit dat hij in twee races veertien punten had ingeleverd op Lorenzo, de nieuwe tweede man in het kampioenschap. Zijn zevende startplaats en een mislukte nieuwe afstelling in de warm-up hadden Rossi doen twijfelen of het podium wel haalbaar was. Een ‘gok’ voor de race bracht het gewenste resultaat. “We probeerden iets waarvan we niet wisten of het zou werken, maar de machine was fantastisch”, lachte de Italiaan. “Hij was fantastisch in balans.” Rossi verontschuldigde zich zelfs enigszins ten opzichte van Marquez. “Toen ik hem wilde passeren, maakte ik een foutje met het remmen. Ik verloor bijna de voorkant en moest de rem weer loslaten. Daardoor dwong ik hem ook om wijd te gaan. Sorry daarvoor.”
In 2004 won Andrea Dovizioso de 125 cc-race in Le Mans en sindsdien noteerde de inmiddels 29-jarige Italiaan ook podiumplaatsen in de 250 cc-klasse en in de MotoGP op het Bugatti Circuit. De hoop op een Ducati-overwinning liet hij echter varen nadat hij Lorenzo van nabij had gezien. “Toen hij aan het begin zo hard van stapel liep, kon ik hem nog wel bijhouden, maar we komen gewoon nog iets te kort”, concludeerde Dovizioso na zijn vierde podium van het jaar. “Misschien belasten we de banden in het begin nog te veel, want ik verlies te snel grip en kan dan de rondetijden niet op peil houden. Aan het eind heb ik het kalmer aan gedaan, omdat er geen reden was om meer te riskeren. Ik zat veilig (7,5 seconden, red.) voor Marquez. We zitten niet ver achter de Yamaha’s. Ik kon ze hier ook voor me in het zicht houden. De volgende race in Mugello is voor ons heel belangrijk, geeft ook extra motivatie. Maar om te kunnen winnen, moeten we echt nog wat vinden.”
Hoewel hij zich liever concentreert op zijn eigen verbeterde Yamaha, weet ook Lorenzo dat de Honda RC213-V met Marc Marquez niet langer oppermachtig is. “De Honda is hetzelfde of misschien iets beter dan vorig jaar, maar wij hebben ons aanzienlijk kunnen verbeteren met het aanremmen en insturen van de bochten, zonder dat we hebben moeten inleveren op onze sterke punten, de bochtensnelheid en acceleratie uit de bocht.” “Volgens mij klopt de balans van de Honda momenteel niet en is Marc de enige die in staat is om de beperkingen van de machine nog te compenseren”, oordeelde Ducati-coureur Dovizioso.
Lang leek het er op dat Marquez niet eens in de top 5 zou kunnen finishen. “Ik geloof dat ik meer met mijn machine aan het vechten was dan met de andere rijders”, meende hij zelf na een moeilijke race. Terwijl zijn teruggekeerde teamgenoot Dani Pedrosa en Cal Crutchlow al vroeg in de race crashten over de voorkant (Crutchlow: “Mijn fout. Mijn voet gleed van de voetsteun en ik schrok. Daarom kneep ik te hard in de voorrem”) crashten, redde Marquez het vege lijf meerdere malen op miraculeuze wijze. “Ik was er vooraf van overtuigd dat het een goede race kon worden. Maar vanaf het begin merkte ik dat het gevoel niet hetzelfde was. Het insturen van bochten was moeilijk en bij het uitkomen ging de motor meteen op het achterwiel. Belangrijk voor mij was dat ik niet de enige Honda-coureur was die aan het worstelen was. Het was erg lastig om te begrijpen wat de voorband wilde en wat nodig was om hem heel te houden. Om één rondje om die problemen heen te rijden, is mogelijk. Als je dat een hele race moet doen, wordt het voor een agressieve rijder als ik ben wel heel moeilijk. Ik weet niet waardoor het kwam. Misschien omdat de asfalttemperaturen hoger waren dan tijdens de trainingen. Maar dat gold voor iedereen.”
In de openingsfase overleefde Marquez een paar ‘narrow escapes en toen hij zicht kreeg op de situatie achterhaalde hij toch Bradley Smith – snelste man na de eerste trainingsdag – en de heftig tegenstand biedende Andrea Iannone. Het bikkelharde duel tussen Marquez en de geblesseerde Iannone (zie Pitstop) was het hoogtepunt van de race. “Het was het enige moment dat ik er plezier in had”, meldde Marquez.
Anno 2015 doet Marquez geen moment denken aan de dominante rijder die in 2014 de eerste tien races op zijn naam schreef. “We hebben meer tijd nodig om onze problemen op te lossen. Ik had een nieuwe swingarm die wat verbetering bracht, maar toen staken andere probleempjes de kop op. Natuurlijk had ik liever gevochten met Jorge en Valentino. In Jerez ging het goed, hier had ik verwacht dat ik er dichter bij kon zitten. Het verschil was te groot. Ook met Dovizioso. Dani gebruikt een ander chassis, maar hij had dezelfde problemen, net als Crutchlow.”
Vorig jaar won Marquez de Grand Prix van Italië op Mugello, na een ronden lang duel met Lorenzo. Die twijfelt er niet aan dat de in Le Mans worstelende wereldkampioen in Italië een geduchte tegenstander zal zijn. “Voor Jerez zeiden mensen dat ik in een crisis zat en waarschijnlijk zeggen diezelfde lui nu dat dat nu geldt voor Marc. Maar Marc, Valentino en ik hebben het talent om te wachten tot de omstandigheden goed zijn en dan komen we terug. Marc komt ook zeker terug en hij gaat ook weer races winnen.” Lorenzo kreeg bijval van Rossi. “Het zou mij niet verbazen als Marc in Mugello wint”, vulde Rossi aan. “Hij is een tweevoudig MotoGP-kampioen met een waanzinnig talent.”