+ Plus

Dertig jaar Vmax

Vertrouw niets of niemand boven de 30? Politiek incorrect is ‘ie altijd geweest en dat wilde ‘ie ook zijn. Nu de Vmax een respectabele leeftijd heeft bereikt, onderstreept Yamaha met een officieel showmodel, de Infrared van specialbouwer Jens vom Brauck, dat de V4-party nog lang niet voorbij is. Bijkomend voordeel bij het jubileum is dat de prijs inmiddels ook een stukje is gedaald.

De motor die hier links en rechts staat afgebeeld, heeft een 30-jarige voorgeschiedenis. En die voert ons helemaal terug naar 1985. Nog voor in Zwitserland tol op de snelwegen wordt geheven, Enver Hoxha in Albanië sterft en Michail Gorbatsjov de hoogste baas in het Kremlin wordt, kreeg de Japanner Akira Araki een geweldig idee. Op zakenreis in Amerika was hij toeschouwer bij een sprintrace tussen een paar lokale helden. Wie met zijn motorfiets als eerste een kwart mijl had afgeraffeld, was winnaar. Het brein van Araki draaide op volle toeren. Van nul naar Vmax…. En zo werd de idylle van het jaar 1985 plotseling verstoord, maar voor de Nederlandse motorrijder was het goed nieuws. Yamaha had de stap gezet en het hongerige beest los gelaten. Het had de antichrist op twee wielen geschapen!
Maar de ontstaansgeschiedenis van de Vmax was eigenlijk allesbehalve technologische voodoo-tovenarij. Als basis voor Araki’s plan werd namelijk de grote, maar oerdegelijke XVZ12 toermachine gekozen. Het robuuste, 1.198 cc metende V4-motorblok van deze machine leverde destijds al een aanzienlijke 97 pk. Maar met grotere kleppen en wildere nokkenassen, lichtere zuigers en een andere krukas transformeerde de viercilinder tot de machtigste en sterkste cardan-aangedreven motorfiets van dat moment.
De Vmax moest de complete concurrentie niet alleen wat vermogen betreft de baas zijn, maar moest met het V-Boost gedoopte systeem tevens uitgroeien tot een nieuwe macht in de bewapeningswedloop van ingenieuze systemen, die fabrikanten onderling voerden. Middels een servomotor werden bij 6.500 toeren de verbindingskleppen tussen het inlaattraject van de linker en rechter cilinders geopend. Bij 8.000 krukasomwentelingen waren ze net zo ver geopend als de lanceerinrichtingen van de Pershing II aan de ene en de SS-20-raketten aan de andere zijde in de heetste fase van de Koude Oorlog. Alleen lieten deze kleppen niets ontsnappen, maar alleen iets binnen: een hoogst explosief mengsel van lucht en brandstof uit twee carburateurs per cilinder. De punch waarin dat resulteerde, was domweg moordend.
Ook al omdat de Vmax door een zeer beperkt rijwielgedeelte eigenlijk alleen maar rechtuit wilde. Dat bleek een perfect afschrikmiddel. Maar in een soort van omgekeerd NATO-besluit besloot Yamaha deze raket niet in Europa te stationeren. Hier moesten we het doen met een geknepen versie zonder V-Boost. Tot 1996 gaven de Japanners de grijze import vrij spel om de veel sterkere Vmax met V-Boost vanuit Amerika naar Europa te halen, waarna er ter ere van het 40-jarig bestaan van Yamaha uiteindelijk toch een 145 pk sterke versie naar Nederland kwam.

Dat ligt allemaal inmiddels dertig jaar achter ons. En een Vmax van het eerste uur mag, als ‘ie nog fit is tenminste en gesterkt door een slok SuperPlus, nog wel eens mee op een plezierritje. Aansluitend wordt het beest van weleer weer veilig door zijn baasje in de garage gestald. Maar Yamaha heeft de geweldenaar nooit losgelaten, en heeft de naam Vmax in 2008 zelfs nieuw leven ingeblazen met een meer dan waardige opvolger voor het oermodel.
Het beruchte V-Boost systeem is verdwenen op de nieuwe Vmax, maar gezien de 200 paardenkrachten zal niemand dat extraatje waarschijnlijk missen. In de basis is de dragster zijn illustere voorganger redelijk trouw gebleven, tot aan de kenmerkende luchtinlaten aan weerszijden van de dummy-tank aan toe. Speelgoedpistooltjes, want ook dit waren en zijn nepinlaten. Maar het zijn niet weg te denken stijlelementen, die de Vmax zijn zo kenmerkende boze blik geven. Dat is ook de reden waarom Jens vom Brauck (JvB), doorgaans een meester in het weglaten, ze handhaafde op zijn in opdracht van Yamaha gebouwde Infrared. Maar hij permitteerde zich wel een kunstgreep, want hij gebruikte de pseudo-inlaten van het oude model op zijn op het nieuwste model geënte jubileumversie en gaf ze ook een ademende functie. De JvB-versie haalt dus adem door ex-dummies! Naast een lange lijst van exclusieve accessoires, waaronder clip-ons met geïntegreerde knipperlichtjes van Moto-Gadget, een speciaal dashboardje en diverse eigenhandig gemaakte carbon onderdelen, is het met name het compleet nieuwe, duidelijk hogere, veel smallere en wat kortere kontje, dat de Infrared die zo kenmerkende dragster-look geeft. De wielbasis lijkt daardoor veel langer. Om dit effect te bereiken, moest Jens vom Brauck eerst een lastig probleem oplossen: waar moest de forse kunststof tank naar toe, die zich bij de Vmax onder het zadel bevindt? Een handgemaakt smal aluminium exemplaar bleek de oplossing.

Lees meer over

Yamaha

Gerelateerde artikelen

Eerste Test Yamaha MT-09 Y-AMT

Eerste Test Yamaha MT-09 Y-AMT

19 september, 2024

Ruim twaalf jaar – sinds de komst van de NC700 DCT – had Honda zo’n beetje het alleenrecht op ...
Alpenmasters 2024 – Mid Nakeds

Alpenmasters 2024 – Mid Nakeds

5 september, 2024

Waarom de KTM 990 Duke en Yamaha MT-09 tot de succesnummers van deze twee fabrikanten behoren, wordt niet alleen op ...