Nieuws

Warmdraaien 9/2011

In MotoPlus 9, die 5 mei verschijnt, staat een vergelijkingstest van retromachines, waarin naast de Kawasaki W800 en Triumph Bonneville SE ook een Guzzi V7 Classic voorbij komt.
Als motorfabrikant speelt Moto Guzzi tegenwoordig een zeer bescheiden rol. Het merk zit al twintig jaar in zwaar weer, rolt van de ene overname in de andere en leeft onder de constante dreiging van sluiting van de fabriek in Mandello del Lario aan het Como-meer. In 2000 werd het nog overgenomen door het toen nog bloeiende Aprilia, maar niet lang daarna raakte Aprilia zelf in zwaar weer, zodat beide merken uiteindelijk in handen kwamen van het Piaggio-concern (bekend van de Vespa’s).
Piaggio speelt nu nog de lieve suikeroom en steekt veel geld in het noodlijdende Guzzi. Daardoor krabbelt de productie weer op uit een heel diep dal, maar deze ligt nog steeds onder de 6000 motoren per jaar en dat is zelfs voor een Europees merk bizar weinig: merken als Triumph, Ducati en KTM produceren 5 tot 10 keer zoveel. En BMW – ooit de grote concurrent waaraan Moto Guzzi zich spiegelde – maakt er nu jaarlijks bijna 20 keer zoveel. Het geeft te denken over de levensvatbaarheid; men zal in elk geval op korte termijn de weg omhoog moeten vinden. Piaggio steekt er nu veel geld in om de fabriek, de productielijnen en het modelprogramma weer op een aanvaardbaar nivo te krijgen, maar bij dit soort concerns telt uiteindelijk alleen het rendement. Het is geen liefdadigheid, het gaat er om wanneer die miljoenen – en met hoeveel winst – uiteindelijk terugverdiend zijn.

Voor dat terugverdienen lijkt het huidige programma van Guzzi nog te dun. De Norge en Stelvio kregen voor 2011 wel een upgrade zodat nieuwe Benelux-importeur Piaggio Vespa BV hoopt dat ze eindelijk eens wat serieuze verkopen genereren. Maar Moto Guzzi lijkt ook steeds nadrukkelijker op hun ‘classics’ te leunen, al zijn dat echter geen machines die als retro zijn ontwikkeld, het zijn machines waarbij de ontwikkeling gewoon heeft stil gestaan. Volgens Alex van den Hoff van Piaggio Vespa BV mikt men er vooral mee op een ouder publiek die wat minder serieus met het motorrijden bezig is. Dat geeft te denken.
Bij die ouderen spreekt de naam Moto Guzzi wellicht nog wel tot de verbeelding, want het negentig jaar oude merk was ooit toonaangevend! Al vlot na de start in 1921 bleken hun ééncilinders in de racerij nauwelijks te kloppen en in de jaren vijftig ging men in Mandello del Lario geen uitdaging uit de weg. Ingenieur Giulo Carcano was een grootheid in motorontwikkeling en bouwde zelfs een unieke 499 cc V8 racer!
Carcano stond samen met Lino Tonti ook aan de wieg van de V7 uit 1967. Die machine stond voor een nieuwe generatie Guzzi’s op basis van een dwarsgeplaatst V-twin-blok en die V2 werd voor Guzzi wat de boxermotor voor BMW werd.
Niet lang daarna werd Moto Guzzi alweer overgenomen door het concern van Allessandro de Tomasso-concern (waartoe ook Benelli behoorde) en alhoewel men in die jaren nog wel degelijk een vuist kon maken tegen BMW en de aanstormende Japanners, begon men toch de aansluiting te verliezen. Terwijl een merk als Ducati erg populair werd en Triumph er zelfs in slaagde een succesvolle nieuwe start te maken, wil de motor bij Guzzi maar niet oppakken; hij blijft maar stationair doorpruttelen. Doodzonde voor zo een merk met zo een historie. Hopelijk staat er op korte termijn een Italiaanse Jonh Bloor op, die de bezem er flink doorheen haalt en eindelijk eens de juiste beslissingen neemt. Anders vrees ik voor het eeuwfeest…

Eric Bulsink
Hoofdredacteur MotoPlus

Gerelateerd nieuws

Overig nieuws